E. du Perron
aan
J. Greshoff
Parijs, 9 april 1936
Parijs, 9 April '36.
Donderdag.
Beste Jan,
Dat portret van Donkersloot is zeer onthullend en fraai.4143 Hij ziet er in werkelijkheid toch wel beter uit!
Maar waarom krijg ik geen antwoord? Ik schreef je wel iederen dag een brief, dus je moet er nu 3 hebben. O.a. een over Jantje, of hij niet hier wil komen terwijl Kees in Bretagne zit? Heb je die ook niet gekregen?
Ik begin te gelooven dat de dief van mijn 300 francs je naam heeft genoteerd en nu verdere parijsche correspondentie voor jou weghoudt, uit angst voor politiemaatregelen of wat dan ook. Hij heeft wschl. ‘zijn geweten niet gerust’.
Dit gaat in haast, met een kattebelletje voor de dief erbij, voor het geval hij dit ook verdonkeremaant. Schrijf anders omgaand.
Hartelijke groeten,
je E.
Au vouleur de mes 300 francs.
Monsieur, Madame ou Mademoiselle,
Vous avez volé mes 300 francs. Ne trouvez vous pas que cela suffit? Je comprends que vous avez la trouille. Mais cessez de voler ma correspondance; sinon je me verrai obligé, et mon ami Greshoff aussi, de porter plainte. Si vous ouvrez ceci, gardez le mot pour vous, et veuillez faire parvenir le reste à son destinataire.
J'espère que mes 300 francs vous porteront malheur.
EduP.