H. Mayer
aan
E. du Perron

[Den Haag], 21 november 1933

21 November 3

Beste Eddy,

De beste gids voor goede contemporaine engelsche literatuur is voorzeker nog altijd het Litterary Supplement van de Times. Ik zend je twee recente nummers die je kunt behouden.

Van Richard Hughes verscheen nà zijn 'High Wind: The Spider’s Palace, and other stories', 1931. of hij nog leeft weet ik niet.

Zóó, wordt je boek niet zoo lijvig als verteld wordt, dat is een goed ding, het zou veel te duur worden.

Ga je ook in de Vrije Bladen schrijven als die weer tot de tribune voor de z.g. jongeren wordt gepromoveerd? Het is toch wel vriendelijk van de Spieghel dat die jelui gastvrijheid verleenen wil, waar moest je anders blijven? In De Gids gaan schrijven? Het zou dien ouden heer ten goede komen want erg amusant was hij dit jaar niet. Maar een stukje van zooals van Den Doolaard of de Malisoren vergoedt veel. Men vindt Terbraak over het algemeen een aanwinst voor Het Vaderland, dat zal je goed doen.

De nieuwe Van Schendel, De Waterman is verschenen en heel mooi, hij is op het oogenblik hier.

Met de opening van de Vlaamsche Boekenweek was ik in Antwerpen en Brussel en heb de oude vrienden weer eens de handen gedrukt, ik heb je wel gemist.

Fred Batten is druk aan het werk en schwärmt nog steeds, ongetwijfeld zal hij het ver brengen in litteris.

Met hartelijke groeten en tot ziens

Doorslag: Literatuurmuseum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie