E. du Perron
aan
H. Marsman

Tjitjoeroeg, 10 oktober 1937

Tjitjoeroeg, 10 Oct. '37

Beste Henny,

Vóór ik naar Garoet ga, schrijf ik nog even om je te vertellen dat zoowel Bep als ik verrukt zijn van je boekje over Gorter:4942 van den inhoud nu. We lazen 't allebei hier nog eens over; het is mij net of ik 't nu voor het eerst zie. Het is werkelijk uitstekend: zeer goed geschreven, goed van oordeel, niet te veel en niet te weinig, zeer voldoende ter informatie en toch absoluut niet schoolsch, en alles bij elkaar zeker een van de allerbeste dingen, zooniet het beste, dat er over 't werk van Gorter geschreven is. Schrijf mij vooral eens hoe de kritiek hierop gereageerd heeft, en ook hoe de vrienden het vinden. Ik zou willen weten wat Jany ervan denkt, maar ook wat Henriette R.H., als die 't leest. Wat je over Pan zegt lijkt me onverbeter-lijk; ondanks alle andere opinies en instellingen inderdaad het definitieve woord erover.4943 Het boekje wordt bovendien gaandeweg beter en pakkender; het begin is ook best, maar tegen het eind wordt het raker èn voller. Stuur me eens een paar recensies erover (als je dubbele ontvangt, waar je toch geen raad mee weet, of andere die je niet houden wil.) - Ik vind het grappig dat deze schrijverij van ons over anderen (in aparte boeken) bijna gelijktijdig uitkomt, en het verschil tusschen onze onderwerpen geeft ook heel aardig het verschil aan tusschen onszelf: ik Multatuli, jij Gorter. Ik zou nooit over Gorter kunnen schrijven; ik bewonder hem, hij is mij zelfs zeer sympathiek (wat meer waard is), ik begrijp vrij precies, geloof ik, wat Jany en jij in hem zien, maar met-dat-al blijft hij mij in wezen onverschillig. En jij staat zelfs min of meer vijandig tegenover Multatuli. Ik hoop dat mijn boekje de helft van 't plezier geeft dat jouw boekje over G. mij gaf (en 't is nu de 3e keer!) Hartelijk je

E.

P.S. Dat boekje over 't detect-verhaal dat ik Q. aanbood bestaat uit 3 dialogen. De oude (uit De Sm. M.) geheel omgewerkt en 2 nieuwe. Misschien doet hij 't.4944

4942Herman Gorter, Aanteekeningen bij zijn poëzie. Amsterdam 1937; eerder in De gids 101 (1937) 1 (januari), p. 44-79.
4943In het hoofdstukje over Pan (De gids, p. 70-72; Herman Gorter, p. 74-81) schrijft Marsman ondermeer: ‘Hier ligt de centrale fout. “Pan” mist vrijwel alle, zoowel innerlijke als uiterlijke realiteit, het is niet alleen als geheel ondoorleefd, het is bovendien niet doordacht in zijn structuur, niet gezien als verbeelding, niet gerealiseerd als symbool.’ (p. 72; p. 79).
4944De ‘Eerste dialoog’ (Het sprookje van de misdaad, p. 5-34; Vw 6, p. 549-569), was de oude, geheel omgewerkte ‘Dialoog over het detektive-verhaal’ uit De smalle mens. Amsterdam 1934, p. 66-79.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie