E. du Perron
aan
E.P. van Lokhorst
Parijs, 19 augustus 1935
19 Augustus '35.
Zeer geachte mevrouw Van Lokhorst,
Ik zal probeeren aan uw herhaalde aanmaning te voldoen, al veronderstelt u een boordevolheid die in werkelijkheid niet bestaat.
Wilt u mij omgaand nog even opgeven hoeveel blzn. proza ik vullen mag. (Het minimum is zeker een limerick?) Ik heb eenige aanteekeningen, die misschien wel kunnen voldoen, en fragmenten van een oud verhaal, maar dit laatste sta ik u alleen af in uiterste nood en het zal voor Kristal zeker allesbehalve een aanwinst zijn, in de vorm die het nu heeft.
Wat het honorarium betreft, hoef ik natuurlijk niets meer te hebben dan wat een ander krijgt.
Met vriendelijke groeten, hoogachtend,
EduPerron
88 boulevard Murat
Paris (16e).