E. du Perron
aan
H. Marsman
Bellevue, 14 juli 1933
Bellevue, 14 Juli.
Beste Henny,
Tant mieux als mijn gekrabbel niet voor niets is. -
Die scène met de zoen (kus) van Angèle is inderdaad misschien wel weg te werken. Maar waarom? Juist omdat die scène ‘kort maar krachtig’ moet zijn, zou je er je romanciersgaven aan moeten toetsen en haar wèl behouden. Maar schrijf het heelemaal over. Ik zou haast lust krijgen om die 2 bladzijden voor je te schrijven, maar dat mag zeker niet? Anders als je hier bent eens ‘samen’ - jij met de pen in de hand!
Ik vind sommige stukken niet alleen traditioneel, maar meteen ook oppervlakkig, wat erger is. Bijv. zooals je die liaisons afpoeiert waarin Angèle ‘zich werpt’. Godbeter't, één van die liaisons heeft een complete ontmaagding meegebracht; werd die ook even snel (en ‘onstuimig’) afgedaan, van haar kant? Ik geloof dat zooiets mogelijk is, maar het vloekt dan tegen de heele verdere psychologie van een vrouw van het type Angèle. Je zou zulke dingen in één alinea kunnen afdoen, maar de nonchalance waarmee je ze gewoon voorbijgaat, is wat erg goedkoop.
Tenslotte, maar dit als zeer persoonlijke reactie: die Charles de Blécourt is wel je vrouwenverleider, hè, en bijgevolg ergens een hevige klootzak. Ik vind hem als zoodanig heel geslaagd, want als de man dik gaat doen en zich in het ‘hoogere’ zoekt te rechtvaardigen, verbiedt zijn ‘cultuur’ hem om carrément Greta Garbo of Marlene tot soul-image te nemen, en hij vindt dan... die stompzinnige, vervelende, door iedereen platgezongen Gioconda. Dat teekent zoo'n vent. Met alle waardeering die ik heb voor jou en voor Jany en voor je boek zelfs: ik zou toch een scènetje willen schrijven van dezen de Blécourt, pratende met een personage van mij, die niet op Rutgers zou lijken, maar meer geïnspireerd zou zijn op Malraux. Als Angèle daarvan eens getuige kon zijn - misschien had het haar wel genezen!
Enfin, dit is ook een mopje. Maak je laatste hfdstuk af en zend het me gauw. Hoe eenvoudiger hoe beter; maar laat de dingen nu niet nog eens onverklaard, ‘vaag voorbijgedreven’ en zoo; laten we nu, al is het ‘menschelijkerwijs gesproken’ volkomen begrijpen waarom er niet naar bed gegaan is, bij zooveel gelukkige momenten!
Later nemen we alles dus nog eens door. Ik houd mijn hart vast bij het hoofdstuk Soirée, en die knecht, Antoine, vind ik ook al zoo griezelig zuiver in de traditie van film en roman-feuilleton. Eén ding moet je me beloven: dat het schema van Terzij de horde al origineeler is dan dit. Als romancier, afgescheiden van Ausdauer en verder ‘talent’, ligt het gevaar voor jou in het traditioneele zien, als ik mij niet sterk vergis.
Amuseer je in het sursurreerende oord, dat, volgens de briefkaart, een beetje aan het water ligt als Laroche. Hartelijke groeten, ook aan Rien, van je
E.
Menno komt wschl. hier tusschen 10 en 15 Augustus. Kom dus begin of eind Augustus, maar excuseer me bij voorbaat als ik véél ‘bezet’ ben.