E. du Perron
aan
H. Mayer
Amsterdam, 18 maart 1930
Amsterdam, Dinsdag.
Beste Henri,
Van je zoon ontving ik vanmorgen een bedankje voor N.V., dat hij vanwege vele examens en toekomstige presidentschappen intusschen nog niet gelezen heeft. Wil hem, als je hem weer eens schrijft, mijn ‘tegendank’ betuigen. Ik kreeg n.l. ook nog van hem een uitscheursel uit Der Clercke Cronike, in welk studentenblad MEd. geparodieerd - oftewel geïmiteerd, word.969 Comme on devient célèbre!... Eerst Kloos, dan de groote Karel van Vlaanderen, dan de lange Jette, dan Anthonie Director, en dan, zoowaar, MEd.! Je moet toch niet àlle hoop opgeven, al sta je bij de jeugd bekend als iemand die rijmt op ‘dik, schik en hik’ en die graag woorden als ‘vreten’ en ‘mieters’ gebruikt. (Jasses, hoe vies.)
Ik vraag aan Van Wessem ci-devant Chasalle het Maart-nommer van de Vr. Bladen. (Als je een béétje netter kon schrijven, hoefde ik niet zulke rebussen op te lossen, terwijl ik weer griep heb...) De Poe970 is verlokkelijk, maar fl.40.-voor een bundel brieven - al is het dan met 15 portretten - kan ik toch nog niet betalen. Ik houd mij dus maar aan de Byron: 7 dln. voor ± fl.35. Waar blijven de berichten?
Tot nader. Hart. gr. van steeds je
EdP.
Onze terugreis naar België is voorloopig vastgesteld op 2 April.