[p. 525]
Zeilavond
De avond davert van geluk,
de booten schateren van vrouwen,
werp den gehaten doodsangst stuk
en grijp de ruige mastetouwen.
Wij varen recht naar het hart van de maan,
het water is geel en blauw,
dan vangt er een meisje te zingen aan
of ze niet meer ontwaken zou.
De avond davert van geluk,
straks drink ik een ster uit het water,
maar houd met Lizzy voet bij stuk,
het berouw komt altijd pas later.
Louis de Bourbon