[p. 110]

Op een divanbed

Et sur elle penché, l'ardent Imperator
Vit dans ses larges yeux étoilés de points d'or
Toute une mer immense, où fuyaient des galères.
José-Maria de Heredia.
 
Spreek mij vandaag niet meer van nachten doorgebracht
 
met zoete vrouwen, die van zoete wijnen dropen,
 
en vóór Aurora's komst, hoe vaardig! henenslopen
 
in 't bed van de Cocu: toch ‘ademloos gewacht’.
 
 
 
Mijn divanbed verbiedt een eerlijk man het hopen,
 
al weet hij dat Lauzun 't stuk zelfs op grind volbracht.
 
Aanschouw die rommelzo! bij Zeus, hier werd verkracht
 
één taaie droom misschien, en ja, twee kussenslopen!
 
 
 
O Esmeralda, met uw blatend troeteldiertje!
 
Maria Stuart met haar bultenaar! en 't stiertje
 
van die griekse prinses! O, literair fatras!
 
 
 
Hier lag mijn hartevreugd, met uit haar denkende ogen
 
àl de triremen onherroepelijk vervlogen,
 
die de Imperator viste bij Cleopatra.