[p. 59]

Landelijk treurspel

 
Het volgende voor wie 't misschien niet heeft gelezen,
 
eergister in de krant: In 't dorp waar ik nu woon
 
is in de volle lent een moordtoneel gerezen,
 
een scène zwart-en-rood, uit bitterheid en hoon.
 
 
 
Een doorgaans nuchtre boer, gekoppeld aan een wezen,
 
kijflustig, lasterziek, en daarbij niet zeer schoon,
 
heeft binnen twee drie tel, sneller dan ooit vóór deze,
 
zichzelf en haar verdelgd, de ganse streek ten toon.
 
 
 
't Gebeurde zó op straat: toen de pastoors verschenen,
 
lag zij links in de goot, met uitgespreide benen,
 
hij rechts, maar evenzo, zijn hersens in zijn pet.
 
 
 
Maar 't mateloos verschil zou iedereen eerst blijken
 
toen de pastoors knielden bij 't linkse van de lijken,
 
en toen het rechtse kreeg geen letter van 't gebed.