E. du Perron
aan
J. Greshoff

Parijs, 7 oktober 1936

Parijs, Woensdag.

Beste Jan,

Gisteravond kreeg ik het doodsbericht van Slau. Ik ben er erg van onder den indruk. Gistermiddag schreef ik aan Henny, toen het voor mij toch ook al zeker was dat hij sterven zou.

Dit nu in haast (ik moet weer van allerlei doen, tot hemden en sokken koopen toe, want Bep weet ook niet meer hoe ze alles nog klaar krijgt). Ik dacht dat Gr. Ned. het geld in het begin van de maand kon zenden. Maar als dat niet gaat zal ik Simone waarschuwen dat ze het eerst tegen de 20e krijgt. Ik moet je dan voor deze maand nog even het geld terugzenden dat je haar gegeven hebt. Hoeveel was het? geef dat omgaand even op.

Een andere mogelijkheid zou zijn: dat ik het geld van Gr. Ned. aan joù laat zenden en dat jij S. ‘voorschot’ geeft, maar dit lijkt mij moeilijk voor je en je hebt al genoeg last van me. Laat ons het dus zoo houden, als het nu geschikt werd - met die kleine verschuiving van data.

Het is hier toch wel echt rommelig nu, ook met al die 2 en 3 × afscheidnemerijen, want niemand schijnt te denken dat hij niet op den laatsten dag aan de beurt is. Vanmiddag afscheid van John en Mary.

Ik schrijf je spoedig beter, hetzij Zondag van hier, hetzij van boord. Veel hartelijks, ook voor de Hennies.

Je E.

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie