E. du Perron
aan
G.H. 's-Gravesande

Bellevue, 22 september 1933

Bellevue, 22 Sept.

Beste 's Gravesande,

Van Jan hoorende dat je bij hem komt logeeren, maak ik er gebruik van om je te schrijven. Ik moet je nl., ook namens mijn vrouw, onze plannen meedeelen, omdat die voor een deel in verband staan met Het Vaderland.

De kwestie is dat wij 15 Oct. a.s. van hier weg moeten. Alvorens weer iets in Parijs te huren - vooral met het oog op alle onzekerheden in ons bestaan, waarvan Jan je gemakkelijker en mondeling een idee geven kan - wilden wij nu ± 2 mnd. naar een plaatsje in Bretagne gaan, waar ik het boek dan hoop af te maken waaraan ik nu werk. Mijn vrouw wou dan af en toe naar Parijs gaan, voor het theater en zoo, maar niet meer dan 2 × per maand, liefst zelfs maar ééns, en dacht dan met ‘vooruit’ en ‘bij’ werken de ‘kroniek’ voor de krant al dien tijd toch te kunnen blijven doen. Lijkt jou dit goed? Moet Schilt ervan weten? of kunnen wij gewoon een Parijsch adres opgeven, waar hij ons event, bereiken kan? Ik weet niet wat het veiligste is, vooral met die kwestie van een nieuwe kunstredacteur. Krijgen we den reorganiseerenden Scholte inpl. van Ter Braak bijv., dan wordt alles juist in dezen tijd misschien erg roezemoezig en is het beter dat mijn vrouw (die Sch. uit haar studententijd kent) hem persoonlijk de zaak uitlegt. Wat zij schrijft is toch meestal voor de kunstrubriek, en als jij, ten opzichte van ons tenminste, daarover blijft gaan, zooals nu gebeurt, is met dezen brief tusschen ons wel alles in orde, niet?

Begin December dachten wij in Parijs terug te zijn en daar dan ook te wonen - tenzij er weer nieuwe gebeurtenissen alles wijzigen.

Hoe het zij, antwoord mij even hierop en raad mij wat het beste is. Of hangt dat voor jouw gevoel ook af van die hangende benoeming? Je zult aan Ter Braak zeker een buitengewoon prettig iemand hebben om mee samen te werken, maar misschien valt Scholte ook best mee...

Het beste met je verblijf in Brussel en veel plezier. Hartelijke groeten aan Jan en Atie, een hand van steeds je

EduP.

Je hebt ook de beste groeten van mijn vrouw, cela va de soi! - (Maar hieronder komt zij zelf nog aan het woord.)

Wil je Jan zeggen dat ik Timmers Verhoeven direct na ontvangst van zijn briefkaart geschreven heb? Dank.

P.S. Ik heb u deze maand al heel weinig gestuurd; alleen Polaire2896 voor uw rubriek, twee aan den heer Schilt waarvan er pas een (de laatste, niet de voorlaatste over Violette Nozières2897) geplaatst is; dezer dagen zend ik er nog twee, of hopelijk drie, naar de kunstrubriek. De oorzaak is dat deze windstilte voor het seizoenbegin bijna nog erger is dan de zomermaanden; er is niets op kunstgebied. De theaters geven nog reprises, tentoonstellingen zijn er nog niet (Modigliani op de 19e niet gevonden, maar ik blijf op mijn qui-vive), Cécile Sorel repeteert maar treedt nog niet op. Over veertien dagen wordt het beter. Ik moest u eigenlijk tijdens uw uitstapje niet met deze aangelegenheden aankomen. Ik wensch u prettige dagen in Brussel. Met vr. gr.

E.duP.-deR.

2898 Netter dan zoo kan ze het nu NOOIT!

2896Over de actrice Polaire schreef mevr. Du Perron onder de kop ‘De memoires van Polaire. Voorloopster van de moderne vrouwensilhouet.’ In Het vaderland van 8 september 1933 (av.).
2897‘De ziekte der jeugd’. In Het vaderland van 12 oktober 1933 (av.).
2898Door DP in de marge geschreven. Een pijl verwijst naar het in steeds kleiner wordende hand geschreven P.S. van mevrouw Du Perron.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie