E. du Perron
aan
H. Mayer
Gistoux, 24 juni 1932
Gistoux, Vrijdag.
Beste Henri,
Dank voor je brief. Het gaat nu met mijn moeder iets beter, maar voorloopig (d.w.z. tot begin Juli) zullen we wel hier moeten blijven. Van ‘premiers amours’ is overigens bij dit verblijf geen sprake. Wat die Multatuli betreft, zeg zelf maar wat hij kosten mag; als het een goed exemplaar is heb ik er 25 à 30 gldn. voor over. (Maar liefst had ik er die deeltjes van Cohen2206 bij.) Tant pis voor Musset en dank voor Lijmen. De prijzen van de maatschappij (welke?2207 je bedoelt toch het college dat zulk belachelijk proza laat opstellen door commissies?) - lijken mij, als altijd, logisch. Ik ben noch blij noch niet-blij dat ik niet ‘benoemd’ werd,2208 zooals zooiets heet; als ik het geweest was, had ik mij hoogstens verplicht gezien om, - zooals Ter Braak deed - per keerende post te weigeren. - Slau's roman is inderdaad, in den Orlandoschen geest nog steeds ‘zich voortzettende’.2209 En in het volgende nummer begint de serie over Coster. - Met hart. groeten en tot later, steeds je
E.
Jan zal je nu wel gauw zien; hij gaat vandaag nr Holland.