E. du Perron
aan
H. Mayer

Brussel, 21 november 1930

Brussel, Vrijdagmorgen

Beste Henri,

Zend me dan maar in Godsnaam De Koele Meren en De Nachtbruid voor rekening, maar dan liefst wèl ingenaaid. Ik hoop dat die boeken niet meer kosten dan 3,50 het stuk! - Verder voorloopig maar géén dictionnaires; die zijn me heelemaal veel te duur. Ik zal een van mijn vrienden opdragen een erg 2e handsch stelletje voor me te zoeken bij den een of anderen boekenjood misschien in Amsterdam. Geld uitgeven voor dictionnaires vind ik èrg, - héél erg. - Over Siriu en Siderius later meer. Prisma heb ik bereids ontvangen, en bereids ook al een hartelijk woordje erover geschreven aan Dam Binnendike. Je hebt volkomen gelijk wat betreft je appreciatie van het verhaal van Slauerhoff in de verzameling.1400 Een van de besten in het boekje is volgens mij Maurice Roelants. Ook Walschap. Maar de opinie van één Hollandsche meneer Casanova1401 die in de Maasbode schrijft, is natuurlijk van niet het minste belang. Ik ben blij dat hij zoo'n goede opinie over mij heeft, dat wel, en daar ik een goeie jongen ben vind ik hem graag fijn... Dank voor je belangstelling, ook namens Simone. Het gaat gelukkig alweer veel beter; ze is alweer druk bezig met de gramophoon.

Hartelijke groeten van ons beiden en de hand van je

E.

1400In Twintig Noord- en Zuid-Nederlandsche verhalen werd van Slauerhoff De Erebos opgenomen, van Roelants Een vrouw en een passerdoos, en van Walschap Vinus.
1401Jan N. (Nieuwenhuis). Over DP merkte hij op: ‘We zouden diens “Petrus en Paulus” bijna kwaadwillig noemen, maar het is te veel eer voor dit flauwe, opgeblazen schrijfsel’ (De Maasbode, 15 nov. 1930, avondblad).
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie