Ballingen in België

Het is zeker niet de geringste verdienste van België, dat het zich altijd open heeft gesteld voor hen, die door de kortzichtigheid en de haat der regeerders uit het eigen land verdreven waren. Vroeger kwamen er vooral Fransche ballingen aan, thans zijn het Italianen en Polen, die er hun toevlucht zoeken en die er, onder het waakzaam oog van de Sûreté Générale, een vrij rustig bestaan voeren. Het is vermakelijk te bedenken, dat datzelfde België, gastvrij voor allen die om een overtuiging vervolgd worden, zelf ook weer honderden idealisten heeft uitgestooten, die op hùn beurt in Nederland vrede en steun vonden!

Het socialistische tweedekamerlid Louis Piérard heeft, in samenwerking met zijn schoonzoon, een begaafd jong advocaat, Marc-Antoine Pierson, een aardig boekje in de wereld gestuurd. Het heet: ‘Belgique Terre d'Exil’ en het is uitgegeven door Labor (Brussel 1932). Hierin wordt bericht van alle beroemde mannen, die uit hun land verjaagd, in Brussel gewoond hebben. Van de Belgen, die op hun beurt om een overtuiging uit hun land verjaagd zijn, wordt in dit boekje niet gerept. Ook wordt, tot mijn verbazing, niet gerept van Kolonel Macia, de bevrijder van Catalonië, die lange jaren in Brussel, in de rue Vergote, gewoond heeft, evenmin van enkele Tsjechen en Italianen. Het boekje van Piérard-Pierson is verre van volledig. En ik geloof, dat het niet moeilijk zou vallen er nog een tweede deeltje, niet minder belangrijk, aan toe te voegen.

De schrijvers, die beschikten over tot nu toe ongepubliceerde gegevens uit de archieven van de Sûreté Générale hebben den goeden smaak gehad om hun onderwerp zoo sober en zoo zakelijk mogelijk te behandelen. Hoe gemakkelijk zou het geweest zijn en hoe verleidelijk was het, om deze lotgevallen een sentimenteele litteratuur heen te weven. Hiervan hebben zij zich onthouden en men kan hen deswege niet genoeg prijzen. Zij hebben precies den juisten toon gevonden, welke voor een boekje als dit past. Geen sentimentaliteit, geen gezwollen tirades, geen lyrische algemeenheden: feiten, documenten en nauwkeurige, beknopte commentaren. Over het verblijf te Brussel van enkele fameuze figuren, als Considérant, Herzen, Hugo, Marx, Proudhon, Rochefort, Raspail, etc. etc. vindt men hier zeer merkwaardige nieuwe gegevens, waaruit blijkt, dat de gastvrijheid niet altijd royaal geschonken werd en dat er telkens opnieuw een neiging bestond om al die ‘gevaarlijke’ vreemdelingen uit te wijzen; hetgeen meestal en gelukkig nog op het laatste nippertje voorkomen werd.

In een aanhangsel worden documenten over Verlaine in de gevangenis te Mons gepubliceerd. Dit werkje, door de manier waarop de materie behandeld werd, is zeer leesbaar en bovendien, rijk aan wetenswaardigheden, zeer bruikbaar voor ieder die de negentiende eeuw met zijn heftige geestelijke en politieke bewegingen bestudeeren wil.

 

GERARD DE GROOT