De bewonderende lezeres
Bij een receptie in de Italiaansche Ambassade te Berlijn werd Walter von Molo, voorzitter van de Duitsche Dichter Akademie aan een Duitsch-Amerikaansche voorgesteld als: ‘Signor Molo’.
- O, wat ben ik gelukkig kennis te maken met een zoo groot dichter als gij zijt. Ik ken uw werken, ben er verrukt over.
Molo boog vriendelijk erkentelijk.
- Maar, vervolgde de dame, mag ik even iets zeggen, dat mij op het hart ligt, zult u het mij niet kwalijk nemen? Welnu, ik heb uw werken in het Duitsch gelezen. Wie is de ezel, die u vertaald heeft? Die kent geen Duitsch! Dat is abominabel slecht!
Molo bleef beleefd buigen.