|
Bronnen
Bibliotheken en archieven
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven (amvc), Antwerpen |
Archief van J.H.W. Veenstra (in het Letterkundig Museum) |
Arsip Nasional, Jakarta |
Familiearchief van C. Baeyens-Wolfers |
Familiearchief van mr. A.E. du Perron |
Familiearchief van mr. W.W. Timmers |
Indisch Familie Archief, Den Haag |
Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Amsterdam |
Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (kitlv), Leiden |
Koninklijke Bibliotheek, Den Haag |
Letterkundig Museum (lm), Den Haag |
Multatuli-museum, Amsterdam |
Perpustakaan Nasional, Jakarta |
Stichting Kinderboek-Cultuurbezit, Winsum (Gr.) |
Theatermuseum, Amsterdam |
Universiteitsbibliotheek Leiden |
Kranten
Bataviaasch Nieuwsblad, 1913-1921 |
Java-Bode, 1913-1921 |
Javasche Courant, 1899-1926 |
Preanger-Bode, 1913-1921 |
Het Vaderland, 1933-1936 |
Gesprekken met
d'Ailly-van Waterschoot van der Gracht, Gisèle, Amsterdam, 28 juni 1991* |
Arps, B.F.H., Arnhem, 11 november 2001 |
Bertling-De Jong, mevr., Leiden, 2 februari 1999 |
Bontekoe-Jordaan, Gonda, Amsterdam, 29 januari 1992 en 18 december 1993 |
Braak-Faber, A. ter, Epe, 12 januari 1992 |
Djoehana, M.A., Auckland, 13-14 april 1996 |
Dubois, P.H., Den Haag, 20 december 1993 |
Duchâteau, Maria, Lorgues, Frankrijk, 12 januari 1994 |
Fanggidaej, de kinderen van O.L., Uithoorn, 20 januari 1994 |
Ferguson, Margaretha, Den Haag, 1991 |
Groen, Edgar François (Eddy) van der, Jakarta, 3 december 1993 |
Groen, Evy van der, Amstelveen, 16 december 1993 |
Hamdani, Suzanna, Jakarta, 31 mei 1986 |
Hasan-Crone, Emmy F., Sukabumi, 15 mei 1985 |
Helman, Albert, Amsterdam, 21 december 1993 |
Jansen-Dalenoort, mevr. J. (Joop), Den Haag, 12 februari 2000 |
Keuning, W., Leeuwarden, 23 december 1993 |
Korten-Nahon, Lucie, Antwerpen, 5 mei 1991** |
Kriegenbergh-Anthonijsz, C. von, Nuenen, 30 december 1993 |
Manteau, Angèle, Gooik, 21 april 1991** |
Moerkerken, Emiel van, Amsterdam, 4 juni 1991 |
Natapradja, Ati, Jakarta, 24 mei 1989 |
Nord, Max, Amsterdam, 30 oktober 2001 |
Peeters, Godelieve, Antwerpen, 20 december 1991 |
Perron, Alain du, Dronrijp en Leeuwarden, 1991-2004 |
Perron, Gille du, Brussel, 28 september 1991 |
Polanen Petel, Jules Edouard (Eddy) van, Whangarei (Nieuw-Zeeland), 14 december 1992 |
Polanen Petel-Bosch, Paula van, Whangarei (Nieuw-Zeeland), 14 december 1992 |
Raat-Savalle, Hetty, Den Haag, 24 december 1993*** |
Rijckevorsel, J.M. van, Den Haag, 28 december 1993 |
Saubari, Jakarta, 22 maart 1989 |
Seuphor, Michel, Parijs, 26 januari 1992 |
Soeroto en Siti Soemandari, Jakarta, 14 november 1986 |
Soewarga, mevr. R.K.A. Ningrat, Cicalengka, 14 september 1985 |
Staal, Georges, Lorgues (Frankrijk), 16 mei 1999 |
Tabourdon, Irène, Chaumont-Gistoux (België), 4 mei 1991 |
Tajudin, Erna, Jakarta, 28 januari 1994 |
Takdir Alisjahbana, Soetan, Jakarta, 28 november 1986 |
Tanzil, Hazil, Jakarta, 19 november 1986 |
Timmers Verhoeven, S.G., Vlissingen, 29 december 1993 |
Tissing, familieleden van Adé, Den Haag, 18 januari 1992 |
Veen, Adriaan van der, Den Haag, 8 juli 1991 |
Verhoeven, dr. F.R.J., Amsterdam, 10 januari 1985 |
Werner, Claude Oscar, Lausanne, 8 januari 1994 |
Wolfers-Petrucci, Clairette, Vieusart (België), 4 mei 1991** |
|
* In het gezelschap van Emiel van Moerkerken. |
** In het gezelschap van Manu van der Aa. |
*** Hetty Raat-Savalle is op 27 januari 1993 geïnterviewd door Reinder Storm, Louis Uding en Nel Weke-Jansen. |
Gesprekken van J.H.W. Veenstra met
d'Ailly-van Waterschoot van der Gracht, Gisèle, 23 maart 1977 |
Batten, A.E., Den Haag, 27 maart 1969 |
Blijstra, Rein, Loenersloot, 15 april 1970 |
Bolsius, B. en mevr. Bolsius-Henny, Joppe, 17 december 1975 |
Bouws, E., Amsterdam, 10 februari 1970 en 13 februari 1974 |
Braak, Geertruida ter, 6 april 1976 |
Grave-Terwogt, mevr. A. de, 1 juni 1976 en 23 juli 1976 |
Grave, mr. A. de, Den Haag, zomer 1976 |
Hekkema, mevr. Myra, Wassenaar, 22 februari 1977 |
Henny, mr. E.O., Rotterdam, 22 maart 1977 |
Jansen-Dalenoort, mevr. J., 29 mei 1973 |
Kadt, J. de, Heemstede, 24 september 1971 |
Koch-Snijder, mevr. J., Loosduinen, 6 januari 1977 |
Koets, P.J., 9 december 1981 |
Koezen-Tissing, mevr. E.J., 18 april 1973 |
Nijkerk, M.B.B., 2 december 1974 en 26 november 1975 |
Pennink-Pino, mevr. K.J., Hattem, 15 september 1982 en Haarlem, 7 januari 1983 |
Perron-de Roos, E.G. du, 3 juli 1969 en 22 maart 1971 |
Reijen, Wilhelmus van, 7 augustus 1969 |
Ritman, J.H., Den Haag, 29 maart 1972 |
Roels-Jansen, mevr. T.M.A., Eindhoven, 9 april 1975 |
Stols, A.A.M., Den Helder, 23 september 1968 |
Sturler, Jean Victor de, Brussel, 23 december 1969 en 4 mei 1973 |
Verdoorn, J.A., 28 oktober 1975 |
Warmenhoven, A.A.J., 31 maart 1973 |
Welter-Bijl, J., 10 juni 1976 |
Willink, A.C., Loenersloot, 15 december 1969 en 5 oktober 1970 |
Wolfers-Petrucci, Clairette, Vieusart, 13 juli 1976 en 3 december 1976 |
Bronvermelding illustraties
Collectie amvc-Letterenhuis, Antwerpen: 457 53 |
Collectie C. Baeyens-Wolfers: 452 20; 453 25, 26; 454 29, 30, 32; 455 37; 460 74 |
Nalatenschap Evelyn Blackett: 126 52; 451 14; 462 86 |
Collectie Danièlle Guisset: omslag; 123 42 |
Haagse Post, 15 oktober 1977: 864 81 |
Hollandsche Revue: 124 43 |
Collectie kitlv: 120 28 (p-338); 122 36 (p-727) |
G. Kolff & Co., Batavia: 116 9 |
Collectie Koninklijke Bibliotheek (Opname Optische technieken, Koninklijke Bibliotheek): 124 44; 453 23, 24; 455 38, 40; 457 50; 459 64, 65; 460 76; 462 87; 463 92, 93; 850 10; 851 15; 852 23; 856 44; 862 71 |
Collectie Universiteitsbibliotheek Leiden: 124 43; 126 51 |
Collectie Letterkundig Museum: 113 2, 3, 4; 114 6; 118 15; 121 30; 452 18; 459 69, 460 79; 462 84, 85, 88; 463 94; 850 11; 851 14; 853 25, 29, 30; 861 69; 862 73, 74; 863 77, 78 |
E. van Moerkerken: 862 72; 863 76 |
d'Oriënt: 858 54 (23 juni 1934) |
Collectie A.E. du Perron: 114 5; 115 7, 8; 116 10-12; 117 13, 14; 118 16, 18; 119 19, 22; 120 24, 26; 121 31-33; 122 34, 35, 37, 38; 123 39-41; 124 45; 125 46-50; 126 53, 54; 127 55-61; 128 62; 449 1-5; 450 6-10; 435, 12, 13, 15, 16; 452 17, 19, 21; 453 22, 27; 454 28, 31, 33; 455 34-36, 41; 456 42-44, 46-49; 457 50, 52, 54-56; 458 57-59, 61-63; 459 66-68; 460 70-73; 461 77, 78, 80, 81; 462 82, 83; 463 89-91; 464 95-99; 849 1-6; 850 7, 8, 12; 851 13, 16-18; 852 19, 21, 22; 853 24, 26, 28; 854 31-34; 855 37, 38; 856 40-43; 857 45-49; 858 50, 51; 859 55-60; 860 61-65; 861 66-68; 863 75; 816 |
Collectie Familie Van Polanen Petel: 120 23 |
De Reflector: 122 36; 126 51 |
Collectie Edith van Reijen: 120 25 |
Collectie R. Samkalden: 854 35 |
Collectie Kees Snoek: 862 70 |
Theater Instituut Nederland: 852 20 |
Collectie Erven Timmers Verhoeven: 850 9 |
De Tulp, Haarlem: 855 39 |
Weekblad voor Indië: 120 28 |
Collectie Huguette Werner: 455 39 |
Primaire bibliografie
[Anoniem = E. du Perron,] ‘Het land van herkomst (roman)’ [Prospectus 1935]. |
[Anoniem = E. du Perron,] ‘Een interview met Alexejef. Een nieuw soort artistieke film’, in: Het Vaderland, 8 november 1933. |
[Anoniem = E. du Perron,] ‘Museum voor Stendhal geopend. In zijn geboortestad Grenoble. Waar de herinneringen rondwaren’ en ‘Museum voor Stendhal geopend. Wat het aan documenten bevat. Talrijke onbekende portretten’, in: Het Vaderland, 12 en 15 mei 1934. |
[Anoniem = E. du Perron,] ‘Russen en Duitschers. Maatschappijen in de maatschappij. Een gesprek met den Duitschen schrijver Ernst Erich Noth’, in: Het Vaderland, 8 mei 1935. |
Bombay, Cesar, Kloof tegen cylinder. In memoriam Agathae. Een Sonnettenkrans (verzorgd en van een verantwoording voorzien door K. Lekkerkerker), Amsterdam: Eliance Pers 1980. |
Braak, Menno ter, E. du Perron, Briefwisseling 1930-1940 (tekstverzorging en annotaties door H. van Galen Last), deel i-iv, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1962-1967. |
Guíla, Bodor, Manuscrit trouvé dans une poche, Brussel: [eigen beheer] 1923. Ook onder de naam E. du Perron met een Nederlandse vertaling door Arjaan van Nimwegen: Manuscrit trouvé dans une poche / Manuscript in een jaszak gevonden, Utrecht: Kwadraat 1988. |
Du P., ‘Het Bataviaasch tooneel in de 18e eeuw’, in: Algemeen Geïllustreerd Indisch Weekblad ‘De Revue’, jrg. 1, nr. 41, 24 september 1921, p. 1684-1685, 1687. |
Du P., ‘Nederlandsch-Oost-Indische Letteren’, in: Algemeen Geïllustreerd Indisch Weekblad ‘De Revue’, jrg. 1, nr. 25, 4 juni 1921, p. 1129-1131; nr. 26, 11 juni 1921, p. 1167-1170; nr. 28, 25 juni 1921, p. 1247-1248; nr. 30, 9 juli 1921, p. 1317-1318. |
Du P., ‘Nòg iets over de Kangean-eilanden’, in: Weekblad voor Indië, jrg. 17, nr. 13, 4 juli 1920, p. 198-201. |
Joséphin, Joseph, ‘Een sparring-partner’, in: Algemeen Geïllustreerd Indisch Weekblad ‘De Revue’, jrg. 1, nr. 35, 13 augustus 1921, p. 1487-1491. |
Joséphin, Joseph, ‘Het spook van den Arabier’, in: Algemeen Geïllustreerd Indisch Weekblad ‘De Revue’, jrg. 1, nr. 14, 19 maart 1921, p. 636-639; idem, nr. 15, 26 maart 1921, p. 689-691. |
Joséphin, Joseph, ‘Don Quichotte te Soerabaja’, in: Bataviaasch Handelsblad, 31 juli 1920. |
Kuyck, A.L. van [= E. du Perron], ‘Een vriend van Nederland in Italië. Dr. Giacomo Prampolini. Philoloog en Dichter. Een interview’, in: De Hollandsche Revue, jrg. 34, 1929, p. 235-237. |
Kuyck, A.L. van [= E. du Perron], ‘Een vreemdsoortig Avonturier. Marie i, Koning der Sedangs’, in: De Hollandsche Revue, jrg. 34, 1929, p. 275-278, 348-350. |
Kuyck, A.L. van [= E. du Perron], ‘Een jong cineast. Charles Dekeukeleire. Film en kunst’, in: De Hollandsche Revue, jrg. 34, 1929, p. 494-496. |
Perkens, Duco, De behouden prullemand. Snotneus-Vaerzen van Duco Perkens, Brussel: eigen beheer 1925 (latere druk onder de naam E. du Perron). |
Perkens, Duco, Bij gebrek aan ernst, Brussel: R. Simonson 1926. |
Perkens, Duco, Claudia, Antwerpen: De Driehoek [1925]. |
Perkens, Duco, Een tussen vijf, Antwerpen: De Driehoek [1925]. |
Perkens, Duco, Filter. Negen-en-veertig kwatrijnen van Duco Perkens, met portret van de schrijver door Max Jacob, Brussel: Raoul Simonson 1925. |
Perkens, Duco, Kwartier per dag, [Antwerpen]: De Driehoek [1924]. |
Perkens, Duco, Het roerend bezit, Wilryck-Antwerpen: Het Overzicht, 1924. |
Perron Jr., C.E. du, ‘Over de Oud Bataviasche Wedloop Sociëteit’, in: Notulen van de algemeene en directievergaderingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, deel lviii 1920, Weltevreden / 's-Gravenhage: G. Kolff & Co. / M. Nijhoff 1921, p. 271-275. |
[Perron, Edgar du,] 13 erotische prenten van Edgar du Perron, curiosareeks no. 2, Het Letterlievend Kabinet (met een korte inleiding door B. Schneppenbaum), Enschede: Lichtmis [1981]. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Afscheid van Kostersloot’, in: Forum, jrg. 2, nr. 12, december 1933, p. 896-899. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Alle de rozen of Het gesprek bij maanlicht [Brussel: A. Breuer 1927]. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], De behouden prullemand. Snotneus-vaerzen van Duco Perkens, ['s-Gravenhage]: Bzztôh 1981. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], De bewijzen uit het pak van Sjaalman, Rijswijk: A.A.M. Stols [1940]. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Blocnote klein formaat’, in: Forum, jrg. 4, nr. 12, december 1935, p. 1210-1211. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Het boozige boekje. Voor den drukker en eenige amateurs, [Maastricht: A.A.M. Stols 1926]. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Brieven, deel i-ix, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1977-1990. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Bijdrage nummer zoveel’, in: Vandaag. Vlaamsche halfmaandelyksche kroniek, jrg. 1, nr. 4, 1 april 1929, p. 80-81. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Bij gebrek aan ernst. (Definitieve druk), Brussel & Maastricht: A.A.M. Stols 1932. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Cahiers van een lezer, ongewijzigde herdruk in 5 delen, Utrecht: Reflex 1981. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Cultuur in en uit de lommerd’, in: Bataviaasch Nieuwsblad, 22 januari 1938. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Drie gedichten’, in: Forum, jrg. 1, nr. 4, april 1932, p. 235-237. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Drie liedjes voor licht en donker’, in: Vlaamsche Arbeid, jrg. 19, deel xxiv, afl. 2, p. 70-71. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Drie sonnetten’, in: Erts. Letterkundige almanak, Amsterdam: A.J.G. Strengholt 1930, p. 67. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Drie sonnetten’, in: Groot Nederland, jrg. 31, [± maart] 1933, p. 289-290. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Gorilla of mens’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 1, nr. 19, 16 november 1938, p. 289. Ook in: Kees Snoek, De Indische jaren van E. du Perron, p. 343-344. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Graffiti, Hilversum: Rozenbeek en Venemans 1936. (Schrift 10, jrg. 13 van De Vrije Bladen.) |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Holländische Literatur’, in: Die Sammlung, 1. Jahrgang, 8. Heft, April 1934, p. 400-411. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Hubertus bij zon en schaduw’, in: De Gids, jrg. 93, nr. 12, december 1929, p. 288-295. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], In deze grootse tijd, 's-Gravenhage: A.A.M. Stols 1946 [= 1947]. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Het land van herkomst, Amsterdam: n.v. Em. Querido's Uitgevers-Mij 1935. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Het land van herkomst, geannoteerde uitgave, verzorgd door F. Bulhof en G.J. Dorleijn, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1996. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Indies memorandum, Amsterdam: De Bezige Bij 1946. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Een lettré uit de 18e eeuw: Willem van Hogendorp, Brieven en Verzen uit het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage, gepubliceerd en toegelicht door E. du Perron, Den Haag: H.P. Leopolds Uitgevers-mij n.v. 1940. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Liefde met Jane, z.p.: De Minotaurus, v [1984]. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], ‘Lof der onpersoonlijkheid’, in: Forum, jrg. 1, nr. 3, maart 1932, p. 203. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], De man van Lebak, Anekdoten en dokumenten betreffende Multatuli bijeengebracht en gekommenteerd door E. du Perron, Amsterdam: Em. Querido 1937. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Manuscript in een jaszak gevonden. Kroniek van de Bekering van Bodor Guila buitenlander (Met een woord vooraf door J.H.W. Veenstra, vertaald door Arjaan van Nimwegen), Utrecht: Kwadraat 1988. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Mikrochaos, Brussel / Maastricht: A.A.M. Stols 1932. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Multatuli en de luizen. Aantekeningen bij een nieuw Waarheidsboek over Multatuli, Amsterdam: Uitgeverij Contact 1940. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], Multatuli, tweede pleidooi. Beschouwingen en nieuwe dokumenten, Bandoeng / Leiden: A.C. Nix & Co. / Burgersdijk en Niermans 1938. |
Perron, E. du [ook: E.d.P.], De muze van Jan Companjie, tweede, herziene en vermeerderde druk, Bandoeng: A.C. Nix & Co. 1948. |
Perron, E. du, ‘Napoleon en het vrije woord. In de schaduw der dictatuur’ [n.a.v. John Charpentier, Napoléon et les hommes de lettres de son temps], in: De Groene Amsterdammer, 8 februari 1936. |
Perron, E. du, ‘Nog meer heroïsme’, in: Forum, jrg. 3, nr. 3, maart 1934, p. 248-249. |
Perron, E. du, Nutteloos verzet, Brussel & Maastricht: A.A.M. Stols 1929. |
Perron, E. du, ‘Ontmoeting of invloed?’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 32, nr. 375, maart 1933, p. 49-50. |
Perron, E. du, ‘Op mijn divanbed in een Hollandse huurkamer’, in: Helikon, nr. 10, oktober 1931, p. 156. |
Perron, E. du, Oproep', in: Vlaamsche Arbeid, [jrg. 18,] deel xxiii, afl. 6 bis, [december] 1928, p. 303. Een eerdere, licht afwijkende versie zonder titel maakte deel uit van Alle de rozen of Het gesprek bij maanlicht [Brussel: A. Breuer 1927]. Als ‘Evocatio’ kwam het tenslotte terecht in Parlando, Maastricht & Brussel: A.A.M. Stols 1930, weer met kleine wijzigingen. |
Perron, E. du, Over André Gide, Astra Nigra v, ['s-Gravenhage: K.C. van Boeschoten en L.J. Zimmerman 1944]. |
Perron, E. du, ‘Over haarwater’, in: Forum, jrg. 3, nr. 8, augustus 1934, p. 782. |
Perron, E. du, ‘Over den hoofdpersoon van “de drie musketiers”’, in: Algemeen Geïllustreerd Indisch Weekblad ‘De Revue’, jrg. 1, nr. 4, 8 januari 1921, p. 158-160. |
Perron, E. du, Parlando, Maastricht & Brussel: A.A.M. Stols 1930. |
Perron, E. du, ‘Paul van Ostaijen †’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 27, nr. 4, 20 april 1928, p. 119-120. |
Perron, E. du, ‘Petrus en Paulus of de overdrijving der jeugd’, in: Constant van Wessem (red.), Twintig Noord- en Zuid-Nederlandsche verhalen, Utrecht: Erven J. Bijleveld 1930, p. 133-152. |
Perron, E. du, ‘Polemiek en tijdschriftleiderschap’, in: Forum, jrg. 1, nr. 12, december 1932, p. 809-811. |
Perron, E. du, Schandaal in Holland, 's-Gravenhage: H.P. Leopold 1939. |
Perron, E. du, Scheepsjournaal van Arthur Ducroo, Amsterdam: L.J. Veen [1943]. |
Perron, E. du, De smalle mens, Amsterdam: n.v. Em. Querido's Uitgevers-mij 1934. |
Perron, E. du, ‘Sonnet van burgerdeugd’, in: De Gids, jrg. 92, nr. 4, april 1928, p. 41. |
Perron, E. du, Tegenonderzoek (Cahiers van een lezer) (nawoord van H. Marsman), Brussel: A.A.M. Stols 1933. |
Perron, E. du, ‘Tegen de politieagent’, in: Links richten, jrg. 1, nr. 8, 1 mei 1933. |
Perron, E. du, Uren met Dirk Coster (een tegenstem), Amsterdam: P.N. van Kampen & Zoon n.v. 1933. |
Perron, E. du, Verzameld werk, deel i-vii, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1954-1960. |
Perron, E. du, ‘Verdediging der kultuur i’, in: Groot Nederland, jrg. 34, januari 1936, p. 66-79. |
Perron, E. du, ‘Verdediging der kultuur ii’, in: Groot Nederland, jrg. 34, februari 1936, p. 167-181. |
Perron, E. du, ‘Volkenkundige bijdrage’, in: Forum, jrg. 3, nr. 2, februari 1934, p. 188. |
Perron, E. du, Een voorbereiding. (Omgewerkte druk), Brussel & Maastricht: A.A.M. Stols 1931. |
Perron, E. du, Voor kleine parochie (Cahiers van een lezer), Brussel: A.A.M. Stols 1931. |
Perron, E. du, Vriend of vijand (Cahiers van een lezer), [Brussel]: A.A.M. Stols 1931. |
Perron, E. du, ‘De “Zenuwlijder” van Lebak’ (1937), in: Over Multatuli, jrg. 20, nr. 40, [voorjaar] 1998, p. 64-72. |
Perron, E. du, A.C. Willink, ‘Aan de familie’, in: Tirade, jrg. 17, nr. 184, maart 1973, p. 104-108. |
Watteyn, Kristiaan, Een voorbereiding. Zijnde de cahiers van Kristiaan Watteyn, Bussum: W.N. Dinger 1917 [= 1927]. |
Secundaire bibliografie
Aa, Manu van der, ‘Don Quichotte te Soerabaja: onderweg in den regen? Over Du Perrons debuutverhaal’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 9, november 1998, p. 19-21. |
Aa, Manu van der, ‘Een “toekomst-persoonlikheid”. Alice Nahon en E. du Perron’, in: Ria van den Brandt (red.), Alice Nahon 1896-1933, p. 47-53. |
Aa, Manu van der, E. du Perron en de avant-garde. Kroniek van een heilzame ziekte, De Nieuwe Engelbewaarder 5, jrg. 2, maart 1994, Amsterdam: Bas Lubberhuizen 1994. |
Aa, Manu van der, ‘Michel Seuphor, Alice Nahon & Eddy du Perron’, in: Vlaanderen, jrg. 51, nr. 2, maart-april 2002, p. 84-88. |
Aa, Manu van der, ‘Paul Méral’, in: zl. Literair-historisch tijdschrift, jrg. 2, nr. 2, januari 2003, p. 22-31. |
Aardrijkskundig en statistisch woordenboek van Nederlandsch Indië, drie delen, Amsterdam: P.N. van Kampen, 1861-1869. |
[Abel, Richard, et al.,] Pathé. Premier empire du cinéma, Paris: Editions de Centre Pompidou 1994. |
Abell, L.F., ‘Simone Sechez’, in: Vestdijkkroniek, nr. 46, maart 1985, p. 13-24. |
Abeyasekere, Susan, Jakarta. A history, tweede, herziene druk, Singapore / Oxford / New York: Oxford University Press 1990. |
Aerts, Dirk, en Marc Somers, Het bordeel van Ika Loch. De Antwerpse literaire avant-garde in de jaren twintig, Antwerpen: Publikaties van de Stadsbibliotheek en het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven 1993. |
Aimard, Gustave, Edelhart, Rotterdam: D. Bolle z.j. |
Aimard, Gustave, De spoorzoeker, Rotterdam: D. Bolle z.j. |
Akker, W.J. van den, ‘Autonomie en ideologie: Du Perron en Nijhoff’, in: J. Goedegebuure (red.), Nieuwe wegen in taal- en literatuurwetenschap. Handelingen Nederlandse Philologencongres, jrg. 41, 1990 [1993], p. 245-263. |
Akker, W.J., ‘Oprichting van het Comité van Waakzaamheid’, in: M.A. Schenkeveld-van der Dussen et al. (red.), Nederlandse literatuur, een geschiedenis, p. 676-681. |
Anbeek, Ton, De schrijver tussen de coulissen, Amsterdam: Athenaeum / Polak & Van Gennep 1978. |
Anbeek, Ton, ‘Forum na de oorlog’, in: M.A. Schenkeveld-van der Dussen et al. (red.), Nederlandse literatuur, een geschiedenis, p. 700-704. |
Anbeek, Ton, Geschiedenis van de literatuur in Nederland, 1885-1985, vijfde, herziene druk, Amsterdam / Antwerpen: Uitgeverij De Arbeiderspers 1999. |
Anbeek, Ton, Na de oorlog. De Nederlandse roman 1945-1960, Amsterdam: De Arbeiderspers 1986. |
[Anoniem,] ‘Belangwekkend boek over “De Man van Lebak”. De Droogstoppels en Slijmeringen zijn ook in hun nazaten onsterfelijk. Multatuli's durende actualiteit’, in: De Locomotief, 29 januari 1938. |
[Anoniem = H. Marsman?,] bespreking van: E. du Perron, Graffiti, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 29 december 1936. |
[Anoniem,] ‘E. du Perron †’, in: Algemeen Indisch Dagblad ‘De Preangerbode’, 6 augustus 1940. |
[Anoniem,] ‘“Forum” zal verdwijnen’, in: De Maasbode, 8 oktober 1935. |
[Anoniem,] ‘Hagel’, in: De Gemeenschap, jrg. 7, nr. 3, maart 1931, p. 155-160. |
[Anoniem,] ‘Hoort die hond bij die baas?’, in: Opwaartsche Wegen, jrg. 8 (1930-1931), nr. 2, februari 1931, p. 520. |
[Anoniem,] ‘In Memoriam. Controleur J.P. de Kat Angelino’, in: Weekblad voor Indië, jrg. 16, nr. 16, 27 juli 1919, p. 1-2. |
[Anoniem,] ‘De “Verdachte Sinjo” uit “Onze Courant”’, in: Indië Houzee, 16 oktober 1936. |
Avermaete, Roger, Herinneringen uit het kunstleven ii. Tochten in de artistieke jungle, Brussel: A. Manteau n.v. 1954. |
B., ‘Meisje van de h.b.s.’, in: Algemeen Geillustreerd Indisch Weekblad ‘De Revue’, jrg. 1, nr. 25, 4 juni 1921, p. 1318. |
Barnard, Benno, ‘Een huis van voor de oorlog’, in: Maatstaf, jrg. 28, nr. 4, april 1980, p. 40-52. |
Barrès, Maurice, Le culte du moi. Sous l'oeil des barbares, Paris: Librairie Plon [1929]. |
Bastiaans, W.Ch.J., Figuren uit de Indische journalistiek, eigen uitgave, januari 1975. |
Batten, F., ‘Herinnering aan een tentoonstelling. Couperus geëerd door de jeugd’, in: Deze Week in Den Haag, jrg. 5, nr. 22, 1942, p. 3. |
Beekman, E.M., Paradijzen van weleer. Koloniale literatuur uit Nederlands-Indië, 1600-1950, Amsterdam: Prometheus 1998. |
Begemann, Nienke, Victorine, Amsterdam: Bert Bakker 1988. |
Behrman, S.N., 4 Plays, New York: Random House 1952. |
Bénézit, E. (ed.), Dictionnaire critique et documentaire des Peintres, Sculpteurs, Dessinateurs et Graveurs de tous les temps et de tous les pays, Paris: Librairie Gründ 1999. |
Bercot, Martine, et André Guyaux (eds.), Dictionnaire des lettres françaises. Le xxe siècle, Le Livre de Poche, Paris: Librairie Générale Française 1998. |
Berckelaers, F., ‘Postulaat’, in: Het Overzicht, nr. 13, november 1922, p. 1-3. |
[Berckelaers, Fernand, en Geert Pynenburg,] ‘Manifest-inleiding’, in: Het Overzicht, nr. 1, 15 Junie 1921, p. 1-2. |
Berg, Hubert F. van den, en Gillis J. Dorleijn (ed.), Avantgarde! Voorhoede? Vernieuwingsbewegingen in Noord en Zuid opnieuw beschouwd, [Nijmegen]: Uitgeverij Vantilt 2002. |
Bergh, H. van den, en H. Pröpper, ‘Symbolisme’, in: G.J. van Bork en N. Laan (red.), Twee eeuwen literatuurgeschiedenis, p. 143-180. |
Berlaer-Hellemans, Dina van, ‘Twee romans uit de Forum-tijd: Hampton Court en Het land van herkomst. Deel ii: Het land van herkomst: Het wonderlijke fatum van het individualisme’, in: Spiegel der Letteren, jrg. 21, nr. 1, januari 1979, p. 3-25. |
Berstein, Serge, La France des années 30, Paris: Armand Colin 1988. |
Beynon, Hans, ‘Lamongan, mijn kleine wereld’, in: de Volkskrant, 17 augustus 1985. |
Beynon, Hans C., Terug naar het eiland van herkomst, speciale aflevering van: Uitgelezen boeken, jrg. 5, nr. 2. [1994]. |
Beynon, P.A., ‘Enkele aanteekeningen over de Kangean Archipel’, in: Weekblad voor Indië, jrg. 16, nr. 4, 4 mei 1919, p. 51-53. |
Beynon, P.A., ‘Kangean in nieuwe banen geleid’, in: Weekblad voor Indië, jrg. 16, nr. 14, 13 juli 1919, p. 178-179. |
Bijvoet, Th.A.P. et al. (red.), De Gemeenschap, 's-Gravenhage: Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum 1986. |
Bilismarde [= Poerbatajaraka?], bespreking van: E. du Perron, De man van Lebak, in: Bangoen, jrg. 1, nr. 18, 1 april 1938, p. 285-287. |
Binnendijk (ed.), D.A.M., Prisma. Bloemlezing uit de Nederlandsche poëzie na 1918, Blaricum: De Waelburgh [1930]. |
Binnendijk, D.A.M. et al. [red.], Menno ter Braak, Schrijversprentenboek 5, tweede druk, 's-Gravenhage: Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum 1980. |
Binnerts, Mr. C., bespreking van: E. du Perron, De man van Lebak, in: Nederlandsch-Indië. Weekblad van de Vaderlandsche Club, jrg. 10, nr. 4, 28 januari 1938, p. 16-17. |
Binnerts, Mr. C., ‘Herinneringen aan E. du Perron in Indië i’, in: Het boek van nu, jrg. 6, nr. 11, juli 1953, p. 201-202. |
Binnerts, Mr. C., ‘Herinneringen aan E. du Perron in Indië ii’, in: Het boek van nu, jrg. 6, nr. 12, augustus 1953, p. 223-225. |
Bitsch, Marie-Thérèse, Histoire de la Belgique, [Paris:] Hatier [1992]. |
Blijstra, R., bespreking van: E. du Perron, Bij gebrek aan ernst, in: Den Gulden Winckel, jrg. 29, nr. 2, 20 februari 1930, p. 47-48. |
Blijstra, R., ‘'n Herinnering aan E. du Perron’, in: Maatstaf, jrg. 20, nr. 1, mei 1972, p. 53-56. |
Boef, August Hans den, ‘Arnold Clerx: Studies over de eenzaamheid van de man’, in: Indische Letteren, jrg. 4, nr. 4, december 1989, p. 145-162. |
Boef, August Hans den, ‘Addendum bij: “Arnold Clerx: Studies over de eenzaamheid van de man”’, in: Indische Letteren, jrg. 5, nr. 1, maart 1990, p. 45-46. |
Boef, August Hans den, Honderd jaar Sherlock Holmes, Amsterdam: Uitgeverij sua 1987. |
Boef, August Hans den, Musil? Ken ik niet. Ter Braak en Du Perron over modernisten en epigonen. Leiden: Stichting Dimensie 1991. |
Boef, August Hans den, en Sjoerd van Faassen, ‘“Een hoek, waar bijna geen geluid doordringt”. Over de betrekkingen tussen
|
de Groninger Kunstkring De Ploeg en het Antwerpse constructivisme’, in: Berg, Hubert F. van den, en Gillis J. Dorleijn (ed.), Avantgarde! Voorhoede? Vernieuwingsbewegingen in Noord en Zuid opnieuw beschouwd, p. 67-91. |
Boer-Pino, Jeannette de, ‘De Indische oud-ambtenaar en auteur Adolf Maximiliaan Pino (1891-1979) een biografie’, in: Adolf Maximiliaan Pino, Komedie Stamboel, p. 109-111. |
B[om], E[mmanuel] d[e], ‘Komkommeriana’ [bespreking van o.a.: Duco Perkens, Het roerend bezit], in: Volksgazet, 16 augustus 1924. |
Bordewijk, F. et al., 5 auteurs over hun uitgever, ['s-Gravenhage]: Nijgh & Van Ditmar [1962]. |
Borgers, Gerrit, ‘Klare wijn bij een ziekbed. Brieven van E. du Perron aan Paul van Ostaijen uit het winterhalfjaar 1927-1928’, in: Maatstaf, (1957-1958), nr. 12, p. 787-801. |
Borgers, Gerrit, Kroniek van Paul van Ostaijen 1896-1928, Den Haag / Brugge: Scheltens & Giltay / Orion 1975. |
Borgers, Gerrit, Paul van Ostaijen. Een documentatie 1, Den Haag: Bert Bakker n.v. 1971. |
Borgers, Gerrit, Paul van Ostaijen. Een documentatie 2, Amsterdam: Bert Bakker 1996. |
Borgers, Gerrit, Het tijdschrift avontuur februari-april 1928, Utrecht: Uitgeverij Reflex 1979. |
Bork, G.J. van, en N. Laan (red.), Twee eeuwen literatuurgeschiedenis. Poëticale opvattingen in de Nederlandse literatuur, Groningen: Wolters-Noordhoff 1986. |
Borsboom, A., Menno ter Braak. Onpersoonlijk nihilisme en nihilistische persoonlijkheid [tweede druk], Utrecht: Reflex 1980. |
Bosma, Ulbe, Karel Zaalberg. Journalist en strijder voor de Indo, Leiden: kitlv Uitgeverij 1997. |
[Boussenard, L.,] De zouaaf van Malakoff. Een verhaal uit de Krimoorlog door Hans Verweij, Amsterdam: J.C. Dalmeijer z.j. |
Braak, Menno ter, E. du Perron, Briefwisseling 1930-1940 (tekstverzorging en annotaties door H. van Galen Last), deel i-iv, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1962-1967. |
Braak, Menno ter, ‘De amateur’ [bespreking van: E. du Perron, Blocnote klein formaat en Graffiti], in: Het Vaderland, 25 oktober 1936. |
Braak, Menno ter, ‘Du Perron als maniak. De verdediger van Multatuli als dolende ridder’ [bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi], in: Het Vaderland, 19 februari 1939. |
Braak, Menno ter, ‘Prisma of dogma?’, in: De Vrije Bladen, jrg. 8, nr. 1, januari 1931, p. 15-23. |
Braak, Menno ter, ‘Schrijver en mensch’ [bespreking van: E. du Perron, Multatuli en de luizen], in: Het Vaderland, 7 april 1940 |
Braak, Menno ter, Vw 1 t/m 7, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1950-1951. |
B[raak], M. t[er], ‘De moralist met een reputatie’, in: Het Vaderland, 25 oktober 1938. |
Brandt, Ria van den (red.), Alice Nahon 1860-1933. Kan ons lied geen hooglied wezen, Antwerpen / Baarn: Houtekiet 1996. |
Brandt, Ria van den, en Staf Aertzen, ‘Het bewogen leven van Alice Nahon. Een nieuwe biografische schets’, in: Ria van den Brandt (red.), Alice Nahon 1896-1933, p. 13-45. |
Breen, Leo van, bespreking van: E. du Perron, Parlando, in: Opwaartsche Wegen, jrg. 8, januari 1931, p. 449-450. |
Brokken, Jan, ‘De terugkeer van Eddy du Perron’, in: De Haagse Post, 15 oktober 1977, p. 48-56. |
Brom, Gerard, Java in onze kunst, Rotterdam: W.L. & J. Brusse n.v. 1931. |
Brons, Drs. Loek, ‘Eddy du Perron's invloed op Carel Willink’, in: Kunstwerk, jrg. 3, nr. 5, november-december 1991, p. 37-42. |
Brulez, Raymond, bespreking van: E. du Perron, Het land van herkomst, in: Cassandre, jrg. 3, nr. 8, 22 februari 1936. |
Buddingh', C., ‘In memoriam Ter Braak, Marsman, Du Perron’, in: Morks-Magazijn, jrg. 42, augustus 1940, p. 405-408. |
Buelens, Geert, en Erik Spinoy (ed.), De stem der Loreley. Over Paul van Ostaijen, Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker 1996. |
Bulhof, Francis, ‘Bij enkele gedichten van Du Perron, in: Cahiers voor een lezer, nr. 18, augustus 2003, p. 3-12. |
Bulhof, Francis, ‘Grotesk avontuur’ [bespreking van: integrale uitgave van het tijdschrift Avontuur], in: Bzzlletin, nr. 66, mei 1979, p. 85-93. |
Bulhof, Francis, ‘De hardnekkige monoloog van een on- |
mogelijk man. De kronkelwegen van Anton Koch alias Adolf ter Haghe’, in: De Parelduiker, jrg. 6, nr. 1, 2001, p. 2-15. |
Bulhof, Francis, ‘Het land van herkomst’, in: Lexicon van literaire werken, 4, december 1989 (16 + i blz.). |
Bulhof, Francis, ‘Le portrait littéraire d'André Malraux dans l'oeuvre d'Edgar du Perron’, in: La Revue des lettres modernes, Série André Malraux, nr. 2, 1973, p. 53-73. |
Bulhof, Francis, Over Het land van herkomst van E. du Perron, Amsterdam: Wetenschappelijke Uitgeverij 1980. |
Bulhof, Francis, ‘Du Perron als lotgenoot van Multatuli’, in: Over Multatuli, jrg. 20, nr. 40, [voorjaar] 1998, p. 43-58. |
Bulhof, Francis, ‘Wandelingen door Parijs: februari 1934’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 15, oktober 2001, p. 21-29. |
Bulhof, Francis, ‘Wandelingen door Parijs: mei 2001’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 15, oktober 2001, p. 3-4. |
Bulhof, Francis, en G.J. Dorleijn, ‘Commentaar - beschouwingen’, in: E. du Perron, Het land van herkomst, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1996, p. 885-1001. |
Burssens, Gaston, ‘Bladerend in oude cahiers’, in: Podium, jrg. 6, nr. 2, februari 1950, p. 106-110. |
Burssens, Gaston, Dagboek (geredigeerd, toegelicht en geannoteerd door Luc Pay), Schoten: Hadewijch 1988. |
Burssens, Gaston, ‘Dagboekbladen’, in: Podium, jrg. 7, nr. 4, juli/augustus 1951, p. 271-276. |
Burssens, Gaston, Verzameld proza, Antwerpen / Amsterdam: Elsevier / Manteau 1981. |
Buyck, Jean F., Floris & Oscar Jespers. De moderne jaren, Antwerpen / Gent: Pandora / sdz 1996. |
Byron, Lord, Lyrical poems. Selected and arranged in chronological order (gekozen door E. du Perron), The Halcyon Press, [Maastricht:] A.A.M. Stols 1933. |
Calis, Piet, De vrienden van weleer. Schrijvers en tijdschriften tussen 1945 en 1948, Amsterdam: Meulenhoff 1999. |
Calis, Piet, Het ondergronds verwachten. Schrijvers en tijdschriften tussen 1941 en 1945, Amsterdam: Meulenhoff 1989. |
Carco, Francis, Bohème d'artiste, Paris: Albin Michel [1940]. |
Carco, Francis, Montmartre à vingt ans, Paris: Albin Michel [1938]. |
Casteels, Maurice, bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag; Seuphor, Wenduyne aan zee en Te Parijs in Trombe; Roel Houwink, Novellen, in: 7 Arts, nr. 22, 2 april 1925. |
Casteels, Maurice, ‘Jozef Peeters’, in: Interbellum (Vereniging voor de studie van de vernieuwende creativiteit tussen de twee wereldoorlogen, Gent), jrg. 11, nr. 2, p. 7-16. |
Cate, Curtis, André Malraux, Paris: Flammarion 1994. |
Chamuleau, Rody, Jantje zag een pruikje hangen. Nederlandse priapeeën door de eeuwen heen, Rotterdam: Ad. Donker 1991. |
Chasalle, F., zie ook: Constant van Wessem |
F.CH. [= Chasalle, F.], bespreking van: Duco Perkens, Filter, in: De Driehoek, nr. 5, augustus 1925. |
Chastenet, Jacques, Quand le boeuf montait sur le toit, Paris: Librairie Arthème Fayard 1958. |
Chen, Salma, en S.A.J. van Faassen (ed.), ‘Beste Sander, do it now!’ Briefwisseling J. Greshoff-A.A.M. Stols, 's-Gravenhage: Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum 1990 (deel 1 van een driedelige uitgave). |
Cobban, Alfred, A history of modern France, volume 2: 1799-1945, Harmondsworth etc.: Penguin Books 1963. |
C[oenen], F., bespreking van: [E. du Perron,] Een voorbereiding, in: Groot-Nederland, jrg. 25, deel ii, 1927, p. 551-552. |
C[oenen], F., bespreking van: E. du Perron, Nutteloos verzet, in: Groot-Nederland, jrg. 28, nr. 7, juli 1930, p. 110-111. |
[Colmjon, Gerben, en/of Lex Verbraeck,] ‘Bakzeil halen’, in: De Litteraire Gids, jrg. 7, nr. 3, 23 dec. 1932, p. 8. |
Cosinus, Kippeveer of het geschaakte meisje, eerste deel, vierde druk, Amsterdam: Meulenhoff & Co. 1913. |
Coster, Dirk, Dostojevski. Een essay, tweede herziene druk, Arnhem: n.v. van Loghum Slaterus' Uitgevers-Maatschappij 1928. |
Coster, Dirk, ‘Slauerhoff de bloedbedropene’, in: De Stem, jrg. 11, nr. 6, juni 1931, p. 634-636. |
Coster, Dirk, Verzamelde werken. Brieven 1905-1930, Leiden: A.W. Sijthoff 1961. |
Coster, Dirk, ‘Een vijand gevraagd’, in: De Stem, jrg. 11, nr. 5, mei 1931, p. 527-528. |
Damase, Jacques, en Daniel Frasnay, 100 jaar Parijs, Utrecht: A.W. Bruna en Zoon 1962. |
Deel, T. van, en Nico Laan, Staalkaart, Amsterdam: Huis aan de Drie Grachten 1984. |
Deel, T. van (ed.), Ik heb het Rood van 't Joodse Bruidje lief. Gedichten over beeldende kunst, Amsterdam: Querido 1988. |
Defoort, Eric, Al mijn illusies bloeien, Antwerpen / Baarn: Houtekiet 1991. |
Defoort, Eric, Neel Doff, leven na Keetje Tippel, Antwerpen / Baarn: Hadewijch / brtn / var 1993. |
Delden, Emile van, De particuliere landerijen op Java, Diss. Leiden, Leiden: S.C. van Doesburgh 1911. |
De Maegt, Joh., ‘Een Gesprek met Jan Greshoff. De kwijnende Letteren. Poëzie als Amusement’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 28, nr. 11, 20 november 1929, p. 289-295. |
Deprez, Ada, ‘Du Perron en Vlaanderen’, in: Studia Germanica, deel i, 1959, p. 97-114. |
Deprez, Ada, E. du Perron. Zijn leven en zijn werk, Brussel / Den Haag: A. Manteau b.v. [1960]. |
Deyssel, L. van, Beschouwingen en kritieken, derde druk, Amsterdam: Scheltema en Holkema [1920]. |
Diessen, J.R. van, Jakarta / Batavia. Het centrum van het Nederlandse koloniale rijk in Azië en zijn cultuurhistorische nalatenschap, De Bilt: Cantecleer b.v. 1989. |
Dijk, C. van, Alexandre A.M. Stols 1900-1973. Uitgever / typograaf. Een documentatie, Zutphen: De Walburg Pers 1992. |
Djoehana, M.A., zie: Mad. |
Djojopoespito, Sg. [= Soegondo], ‘Soeroto's Indonesiër’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 2, nr. 3, 15 maart 1939, p. 38-39. |
D[jojopoespito], Sg., bespreking van: E. du Perron, De muze van Jan Companjie, in: Ksatria, jrg. 2, nr. 7, [februari] 1939, p. 298. |
Djojopoespito, Soewarsih, Buiten het gareel, met een inleiding van E. du Perron, derde druk, Utrecht / Amsterdam: Uitgeversmaatschappij W. de Haan n.v. / Uitgeverij ‘Vrij Nederland’ 1947. |
Djojopoespito, Soewarsih, ‘Ontmoeting met E. du Perron’, in: Vrij Nederland, jrg. 7, nr. 16, 14 december 1946, p. 16. |
Djojopuspito, Suwarsih, ‘Eddy du Perron, de vriend, die nooit gestorven is’, in: Tirade, jrg. 17, nr. 184, maart 1973, p. 68-75. |
Doel, H.W. van den, De stille macht. Het Europese binnenlands bestuur op Java en Madoera, 1808-1942, Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker 1994. |
Doel, H.W. van den, Het Rijk van Insulinde: opkomst en ondergang van een Nederlandse kolonie, Amsterdam: Prometheus 1996. |
Dolk, Liesbeth, Twee zielen, twee gedachten. Tijdschriften en intellectuelen op Java (1900-1957), Leiden: kitlv Uitgeverij 1993. |
Dolk, Liesbeth (red.), Atjeh. De verbeelding van een koloniale oorlog, Amsterdam: Bert Bakker 2001. |
Donker, Anthonie, bespreking van: E. du Perron, Bij gebrek aan ernst, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 12 juni 1929. |
Donker, Anthonie, bespreking van E. du Perron, Nutteloos verzet, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 13 mei 1930. |
Donker, Anthonie, bespreking van: Dirk Coster, Verzameld proza, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 4 oktober 1930. |
Donker, Anthonie, bespreking van: H. Marsman, Kort geding en E. du Perron, Voor kleine parochie, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 6 juni 1931. |
Donker, Anthonie, bespreking van: E. du Perron, Een voorbereiding, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 8 april 1932. |
Donker, Anthonie, ‘Commentaar op de schok der herkenning’, in: De Nieuwe Stem, jrg. 16, nr. 1, januari 1961, p. 50-54. |
Donker, Anthonie, ‘Een minderwaardig schrijfsel’ [bespreking van: E. du Perron, Uren met Dirk Coster], in: De Stem, jrg. 13, juni 1933, p. 631-634. |
Donker, Anthonie, ‘Noodschoten van een franc-tireur’ [bespreking van: E. du Perron, Parlando], in: Den Gulden Winckel, jrg. 29, nr. 9, 20 september 1930, p. 208-211. |
Donker, Anthonie, De schichtige Pegasus, Brussel: A.A.M. Stols 1932. |
Donker, Anthonie, ‘Voorronde van een vriendschap’, in: De Nieuwe Stem, jrg. 18, [nr. 11, november 1963,] p. 653-684. |
Dorgelès, Roland, Au beau temps de la Butte, Le Cercle du nouveau livre, Paris: Albin Michel [1963]. |
Dorgelès, Roland, Quand j'étais montmartrois, Paris: Albin Michel [1936]. |
Dorleijn, Gillis J., ‘Weerstand tegen de avantgarde in Nederland’, in: Hubert F. van den Berg en Gillis J. Dorleijn (ed.), Avantgarde! Voorhoede?, p. 137-155. |
Dresden, S., De structuur van de biografie, Den Haag: Bert Bakker / Daamen n.v. 1956. |
Drooglever, P.J., De Vaderlandsche Club 1924-1942. Totoks en de Indische politiek, Franeker: Uitgeverij T. Wever b.v. 1980. |
[Douwes Dekker, Annetta,] De waarheid over Multatuli en zijn gezin, ['s-Gravenhage: Van Stockom 1939]. |
Dubois, Pierre H., ‘E. Du Perron en A.C. Willink’, in: Pen en penseel. Bijzonder nummer van Critisch Bulletin, augustus 1947, p. 132-148. |
Dubois, Pierre H., ‘E. du Perron en het schrijverschap’, in: Pierre H. Dubois, Over de grens van de tijd, Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar 1997, p. 271-289. |
Dubois, Pierre H., Cola Debrot, ‘In memoriam’, in: Criterium, juni 1940, p. 354-361. |
Du Califou [= G.G. van der Kop], ‘'s Lands Archief. Besteding der extra gelden’, in: De Ochtend Post, 18 juni 1938. |
Duinkerken, A. van, bespreking van: E. du Perron, Uren met Dirk Coster, in: De Tijd, 30 mei 1933. |
Duinkerken, A. van, ‘E. du Perron’, in: A. van Duinkerken, Twintig tijdgenooten. Nederlandsch proza na 1930, p. 37-44. |
Duinkerken, A. van, ‘Forum of areopaag?’, in: De Gemeenschap, jrg. 9, nr. 10, oktober 1933, p. 482-490. |
Duinkerken, A. van, Twintig tijdgenooten. Nederlandsch proza na 1930, Schiedam: Vox Romana [1934]. |
[Duinkerken, Anton van,] ‘“Forum” gaat verdwijnen’, in: De Tijd, 10 oktober 1935. |
Dumas, Alexandre, De drie musketiers (vertaald en ingeleid door C.J. Kelk), derde druk, Amsterdam / Antwerpen: Uitgeverij Contact 1958. |
Dumas père, Alexandre, Gabriel Lambert (vertaald door E. du Perron, met een voorwoord van Fred Batten), Utrecht: Uitgeverij Reflex 1979. |
Dumont, Georges-Henri, Histoire de Bruxelles; Biographie d'une capitale, Bruxelles: Le Cri édition 1999. |
Eemans, Marc, zie ook: Marc-Eemans. |
Eemans, ‘La Littérature Néerlandaise et le Renouveau romantique: Trois exemples’, in: 7 Arts, jrg. 4, nr. 24, 4 april 1926. |
Eggermont-Molenaar, Mary, ‘The Obsolescence of an Author. Whatever Happened to Gustave Aimard?’, in: Yumtzilob. Tijdschrift over de America's, jrg. 8, nr. 2, [mei 1996,] p. 100-113. |
Eggink, Clara, Leven met J.C. Bloem, Amsterdam: Athenaeum-Polak & Van Gennep 1978. |
Encyclopaedie van Nederlandsch-Indië, 's-Gravenhage-Leiden: Martinus Nijhoff n.v. v/h E.J. Brill 1917-1939. |
Endt, Friso (ed.), Weet je nog wel de jaren dertig..., Amsterdam: De Bezige Bij 1960. |
Engelman, Jan, ‘Antipoden’ [bespreking van: Anton van Duinkerken, Twintig tijdgenooten en E. du Perron, De smalle mens], in: De Nieuwe Eeuw, jrg. 18, nr. 897, 1 november 1934, p. 136-137. |
E[ngelman], [Jan], bespreking van: Avontuur, nr. 1, in: De Nieuwe Eeuw, nr. 553, 29 maart 1928, p. 812. |
E[ngelman], [Jan], bespreking van: E. du Perron, Parlando en J. Slauerhoff, Serenade, in: De Nieuwe Eeuw, 30 april 1931, p. 961-962. |
E[ngelman], [Jan], ‘Over “Forum”. Antwoord aan Anton van Duinkerken’, in: De Nieuwe Eeuw, jrg. 17, nr. 847, 16 nov. 1933, p. 250-251. |
[Engelman, Jan,] ‘De dichter E. du Perron’, in: De Nieuwe Eeuw, jrg. 14, nr. 689, 6 november 1930, p. 173-174. |
Faassen, Sjoerd van, ‘“Multatuli contra Busken Huet & Potgieter”? Of: de brieven van Menno ter Braak aan J. Greshoff uit 1937’, in: Sjoerd van Faassen (red.), Menno ter Braak, 's-Gravenhage: Bzztôh 1978, p. 166-174. |
Faassen, Sjoerd van (ed.), ‘Wat een degradatie, om van een Forum op een blad vol wijven terecht te komen!’ Briefwisseling tussen Menno ter Braak, Frans Coenen, J. Greshoff, Van Holkema & Warendorf, H. Marsman en S. Vestdijk over de reorganisatie van het letterkundig maandschrift Groot Nederland in 1935, Den Haag / Amsterdam: Letterkundig Museum / Bas Lubberhuizen 1996. |
Fagel, Edwin, ‘“Tenslotte zijn onze gevoelens wel het meest onfeilbare in ons”. Drie versies van Een voorbereiding: een reconstructie
|
van Du Perrons poëticale ontwikkeling’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 15, oktober 2001, p. 6-20. |
Farnol, Jeffery, The amateur gentleman, Bath: Cedric Chivers Ltd. 1972. [Eerste druk: 1913.] |
Farrar, Frederic W., Eric. Or, little by little. A tale of Roslyn School, with an Introduction by John Rowe Townsend, London: Hamish Hamilton 1971. |
Farrère, Claude, Les civilisés, Paris: Librairie Paul Ollendorf z.j. [98e editie.] |
Fasseur, C., Indischgasten, Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker 1996. |
Ferrand, Gabrielle, Esquisses d'une vie, Montreux: [eigen beheer] 1960. |
Ferry, Gabriel, De woudlooper, Rotterdam: D. Bolle z.j. |
Festen, Theo, ‘Cocteau en Du Perron’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 20, mei 2004, p. 3-15. |
Flammarion, Gabrielle Camille & André Danjon, The Flammarion book of astronomy, London: George Allen and Unwin Ltd. 1964. |
Fokkema, Douwe, ‘Modernisme’, in: Wayne Hudson en Willem van Reijen, Modernen versus postmodernen, Utrecht: hes 1986. |
Fokkema, Douwe & Elrud Ibsch, Het Modernisme in de Europese letterkunde, Amsterdam: Uitgeverij De Arbeiderspers 1984. |
Fokkema, Douwe & Elrud Ibsch, ‘Een Modernistische interpretatie van Het land van herkomst’, in: Douwe Fokkema & Elrud Ibsch, Het Modernisme in de Europese letterkunde, p. 275-285. |
Fontijn, Jan, Tweespalt. Het leven van Frederik van Eeden tot 1901, Amsterdam: Em. Querido's uitgeverij b.v. 1990. |
Fontijn, J.H.A., en I. Polak, ‘Modernisme’, in: G.J. van Bork en N. Laan (red.), Twee eeuwen literatuurgeschiedenis, p. 182-207. |
Francken, Eep, Ariane van Santen, Harry Scholten (ed.), Voor H.A. Gomperts bij zijn 65ste verjaardag. Amsterdam: Huis aan de Drie Grachten 1980. |
Frickx, Robert, Franz Hellens ou le temps dépassé, Bruxelles: Palais des Académies 1992. |
Galen Last, H. van, ‘Elisabeth de Roos verenigde kennis met grote gevoeligheid’, in: nrc-Handelsblad, 5 december 1981. |
[Gans, J.,] ‘Cafés en litteratuur. In Parijs valt hun geschiedenis samen. Opkomst van “Rotonde” en “Dome”’, in: Het Vaderland, 10 oktober 1934. |
Geyl, P., ‘Reacties op Ter Braak en Du Perron’, in: De Gids, jrg. 114 (1951), deel i, p. 131-132 (herdrukt in: Pieter Geyl, Verzamelde opstellen, deel 4, Utrecht / Antwerpen: Uitgeverij Het Spectrum 1978, p. 269-270). |
Gieling, Théo, ‘Stendhal et Eddy du Perron’, in: V. del Litto (ed.), Communications présentées au Congrès Stendhalien de Civitavecchia, Firenze / Paris: Edizioni Sansoni Antiquariato / Librairie Marcel Didier 1966, p. 309-326. |
Glissenaar, Frans, Het leven van E.F.E. Douwes Dekker, Hilversum: Uitgeverij Verloren 1999. |
Goedegebuure, Jaap, Nieuwe zakelijkheid, Utrecht: H&S Uitgevers 1992. |
Goedegebuure, Jaap, Op zoek naar een bezield verband. De literaire en maatschappelijke opvattingen van H. Marsman in de context van zijn tijd, 2 delen, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1981. |
Goedegebuure, Jaap, Zee, berg, rivier. Het leven van H. Marsman, Amsterdam / Antwerpen: Uitgeverij De Arbeiderspers 2000. |
Gomperts, H.A., ‘E. du Perron’, in: H.A. Gomperts, Jagen om te leven, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1960, p. 175-181. [eerste druk: idem, 1949, p. 145-201]. |
Gomperts, H.A., ‘Inleiding’, in: E. du Perron. Schrijversprentenboek 13, p. 2. |
Gomperts, H.A., Een kern van waarheid (bezorgd door Eep Francken en Herman Verhaar), Amsterdam: G.A. van Oorschot 2000. |
Goor, J. van, De Nederlandse koloniën. Geschiedenis van de Nederlandse expansie 1600-1975, Den Haag: Sdu Uitgeverij 1994. |
Govers-van Geuns, I., ‘Het geslacht Bédier de Prairie’, in: De Nederlandsche Leeuw, jrg. 89, 1972, p. 141-152. |
Graaf, Dr. H.J. de, Batavia in oude ansichten, Zaltbommel: Europese bibliotheek 1970. |
's-Gravesande, G.H., zie ook: G.H. Pannekoek. |
's-Gravesande, G.H., ‘Anthonie Donker over Interviews, Dichters, Poëzie en Critiek’, in:
|
Den Gulden Winckel, jrg. 28, nr. 7, 20 juli 1929, p. 198-201. |
's-Gravesande, G.H., ‘E. du Perron over proza, poëzie, critiek’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 29, nr. 5, 20 mei 1930, p. 107-110. |
's-Gravesande, G.H., E. du Perron. Herinneringen en beschouwingen, 's-Gravenhage: Uitgeverij Bzztôh 1981 (eerste druk: E. du Perron. Herinneringen en bescheiden, 's-Gravenhage: A.A.M. Stols 1947). |
Grenier, Roger, Pascal Pia ou le droit au néant, Paris: Gallimard 1989. |
Greshoff, Aty, Mijn herinneringen aan E. du Perron, 's-Gravenhage / Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar 1975. |
Greshoff, J., zie ook: Otto P. Reys. |
Greshoff, J., ‘Herinneringen aan E. du Perron door Jan van Nijlen. Een uiting van vriendschap op zijn best’, in: Het Vaderland, 2 juli 1955. |
Greshoff, J., ‘Herinneringen naar aanleiding van een bibliographie’, in: Nieuwe Courant, 25 september 1948. |
Greshoff, J., In alle ernst. Overpeinzingen op reis, Amsterdam: Em. Querido 1938. |
Greshoff, J., ‘Letterkundig leven te Brussel’, in: De Hollandsche Revue, jrg. 33, 1928, p. 540-542. |
Greshoff, J., ‘De Man van Lebak. Een goed boek dat nochtans teleurstelt’ [bespreking van: E. du Perron, De man van Lebak], in: Hollandsch Weekblad, 19 maart 1938, p. 14. |
Greshoff, J., Menagerie. Herinneringen en beschouwingen, 's-Gravenhage: A.A.M. Stols 1958. |
Greshoff, J., ‘Nederlandsch proza van E. du Perron’ [bespreking van: E. du Perron, Blocnote klein formaat en Graffiti], in: Groot-Nederland, jrg. 35, nr. 2, februari 1937, p. 206-210. |
Greshoff, J., Verzamelde gedichten 1907-1967, tweede druk, 's-Gravenhage / Rotterdam: Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar [1967]. |
Greshoff, J., Volière, 's-Gravenhage: A.A.M. Stols 1956. |
Groeneveld [= G.G. van der Kop], bespreking van: E. du Perron, Het land van herkomst, in: De Ochtend Post, 25 oktober 1938 (coll. lm). |
Groeneveld [= G.G. van der Kop], ‘Multatuliana’ [bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi], in: De Ochtend Post, ongedateerd (coll. Multatuli museum). |
Grootaers, Dr. Jan, Maskerade der muze, Amsterdam: G.J.A. Ruys Uitgeversmaatschappij n.v. 1954. |
H. [= J. Houbolt?], ‘Hij had Indië lief. Een herinnering aan Du Perron’, in: Het Nieuws van den Dag voor Ned.-Indië, 10 augustus 1940. |
Hadermann, Paul, ‘1 april 1925: Het eerste nummer van De driehoek verschijnt. Een modernistisch driemanschap: Van Ostaijen, Burssens, Du Perron’, in: M.A. Schenkeveld-van der Dussen e.a., Nederlandse literatuur, een geschiedenis, p. 621-629. |
Hadermann, Paul, De dichterlijke wereld van Paul van Ostaijen, Antwerpen: uitgeverij S.M. Ontwikkeling 1965. |
Hadermann, Paul, Het vuur in de verte. Paul van Ostaijens kunstopvattingen in het licht van de Europese avant-garde, Antwerpen: Ontwikkeling 1973. |
Hanssen, Léon, Want alle verlies is winst. Menno ter Braak 1902-1940. Deel een 1902-1930, [Amsterdam]: Uitgeverij Balans 2000. |
Hanssen, Léon, Sterven als een polemist. Menno ter Braak 1902-1940. Deel twee 1930-1940, [Amsterdam:] Uitgeverij Balans 2001. |
Havenaar, Ronald, De tocht naar het onbekende. Het politieke denken van Jacques de Kadt, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1990. |
Hazeu, Wim, Slauerhoff. Een biografie, Amsterdam / Antwerpen: Uitgeverij De Arbeiderspers 1995. |
Heeroma, K., ‘Kroniek van het literaire leven in 1932’, in: Opwaartsche Wegen, jrg. 10, nr. 11, januari 1933, p. 376-389. |
Hellens, Franz, Documents secrets (1905-1956). Histoire sentimentale de mes livres et de quelques amitiés, Paris: Editions Albin Michel 1958. |
Hellens, Franz, ‘De franschschrijvende jongeren in België’, in: Vandaag, jrg. 1, nr. 4, 1 april 1929, p. 84-85. |
Hellwig, Tineke, ‘Gramser Brinkman, de moordenaar van Fientje de Feniks. Maleise literaire teksten’, in: Indische Letteren, jrg. 11, nr. 1, maart 1996, p. 3-15. |
Hellwig, Tineke, ‘Nona Diana, Du Perron en een ritmeester’, in: Indische Letteren, jrg. 12, nr. 2, juni 1997, p. 50-67. |
Helman, Albert, ‘Het nutteloos verzet tegen den schrijfdemon’, in: De Groene Amsterdammer, 29 maart 1930. |
Helman, Albert, ‘Pool en tegenpool. Over R. Blijstra’, in: De Groene Amsterdammer, 3 mei 1930, p. 3. |
Henkels, Herbert, Rik Sauwen, Germain Viatte, Michel Seuphor, Seuphor, Antwerpen: Mercatorfonds 1976. |
Hermans, Hans, ‘Op E. Du Perron’, in: De Stem, jrg. 13, nr. 1, januari 1933. |
Hermans, Willem Frederik, ‘E. du Perron als leermeester’, in: Criterium, jrg. 2, nr. 3, maart 1947, p. 177-189. |
Hermans, Willem Frederik, ‘Liane's blauwe schriften’, in: nrc-Handelsblad, 10 maart 1978. |
Hermans, Willem Frederik, ‘Proeve van rustig lesgeven’, in: W.F. Hermans, Mandarijnen op zwavelzuur, Groningen: 1963, p. 41-55. |
Herpen (ed.), Jan J. van, De meest Delftse Delftenaar. De briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - Dirk Coster (1920-1956), Utrecht: Bibliotheek der Rijksuniversiteit te Utrecht / hes Uitgevers 1987. |
Herreman, R., bespreking van: E. du Perron, Poging tot afstand en Alle de rozen, in: Den Gulden Winckel, jrg. 27, nr. 1, 20 januari 1928, p. 22-25. |
Herreman, R., bespreking van: E. du Perron, Cahiers van een lezer, eerste en tweede aflevering, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 1928 (ongedateerd, coll. lm). |
H[erreman], R., bespreking van: E. du Perron, Cahiers van een lezer, derde aflevering, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 30 november 1928. |
Herreman, ‘Kroniek der poëzie’ [bespreking van: Erts 1929], in: Den Gulden Winckel, jrg. 27, nr. 12, 20 december 1928, p. 377-380. |
Herreman, R., ‘De criticus als fox terrier’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 28, nr. 4, 20 april 1929, p. 108-109. |
[Herreman, R.,] ‘Herinnering aan E. du Perron’, in: Vooruit, 23 september 1960. |
H[eugten], J. v[an], ‘De Dood van het Vitalisme?’, in: Boekenschouw, jrg. 26, nr. 10, 15 februari 1933, p. 433-437. |
H[eugten], J. v[an], ‘Een uur met du Perron’ [bespreking van: E. du Perron, De smalle mens], in: Boekenschouw, jrg. 28, nr. 8, december 1934, p. 337-342. |
H[eugten], J. v[an], ‘Sine Affectione’, in: Boekenschouw, jrg. 29 (1935/36), [15 maart 1936,] p. 481-485. |
[Heuven, W.A. van,] ‘Anecdoten en Legenden over den Man van Lebak. Du Perron's strijd tegen Droogstoppel's nakomelingen’ [bespreking van: E. du Perron, De man van Lebak], in: Het Nieuws van den Dag voor Ned.-Indië, 8 januari 1938. |
Hodinius, Ad, ‘E. du Perron en zijn uitgevers (i)’, in: Optima, jrg. 5, nr. 1 [nr. 14], [lente] 1987, p. 90-112. |
Hodinius, Ad, ‘E. du Perron en zijn uitgevers (ii)’, in: Optima, jrg. 5, nr. 2 [nr. 15], [zomer] 1987, p. 181-207. |
Hoogerwerf, Evert-Jan, Persgeschiedenis van Indonesië tot 1942. Geannoteerde bibliografie, Leiden: kitlv Uitgeverij 1990. |
Horney, Karen, De neurotische persoonlijkheid van deze tijd, zesde druk, Utrecht: Bijleveld 1995. |
Hornung, E.W., The amateur cracksman / The black mask. With an Introduction by M.R. Ridley, London / Glasgow: Collins 1955. |
H[ouwink], R[oel], bespreking van: Duco Perkens, Bij gebrek aan ernst, in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, jrg. xxxvi, deel lxxii, december 1926, p. 423-424. |
Houwink, Roel, bespreking van: E. du Perron, Poging tot afstand en Bij gebrek aan ernst, in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, jrg. 40, nr. 7, juli 1930. |
Houwink, Roel, ‘Duitsche jongeren’ [bespreking van: Hermann Kesten, 24 neue deutsche Erzähler], in: De Stem / Critisch Bulletin, jrg. 10/1, nr. 9, september 1930, p. 1011-1013. |
Houwink, Roel, ‘Uit de leerschool der cynici’ [bespreking van: E. du Perron, Nutteloos verzet], in: Den Gulden Winckel, jrg. 30, nr. 350, 20 februari 1931, p. 42-43. |
Huizinga, J., Nederland's geestesmerk, Leiden: A.W. Sijthoff's Uitgeversmaatschappij n.v. 1935. |
H.v.V., ‘Mr. Th. Thomas’, in: ‘De Reflector’. Geïllustreerd Weekblad voor Ned.-Indië, jrg. 4, nr. 37, 13 september 1919, p. 727-728. |
Jacquet, Frits, ‘E. du Perron en het Landsarchief’, in: Indische Letteren, jrg. 7, nr. 3, september 1992, p. 115-125. |
Jagt, M.B. van der, Memoires, Den Haag: H.P. Leopolds Uitgeversmij n.v. 1955. |
Jespers, Henri-Floris, Klemmen voor koorddanser. Henri-Floris Jespers over Gaston Burssens, speciaal nummer van Revolver, jrg. 24, nr. 2, oktober 1997. |
Jespers, Henri-Floris, ‘Michel Seuphor graaft diep in het verleden. “Paul van Ostaijen was on-mo-gelijk”’, in: De Gazet van Antwerpen, 19 juni 1996. |
Jespers, Henri-Floris, ‘Notes & digressions à propos de Périer, de Neuhuys & de quelques autres’, in: Bulletin Ça Ira, nr. 5, 1o trimestre 2001, p. 13-35. |
Jespers, Henri-Floris, ‘Notities rond en om Paul van Ostaijen’, in: Paul de Vree, Henri-Floris Jespers, Paul van Ostaijen, p. 145-211. |
Jespers, Henri-Floris, ‘“Poëties erken ik alleen Burssens als mijn kameraad”’, in: Gierik / Nieuw Vlaams Tijdschrift, jrg. 13, nr. 4 / jrg. 14, nr. 1, december 1995 / maart 1996, p. 122-149. |
Jespers, Henri-Floris, ‘Seuphor, dichter’, in: Vlaanderen, jrg. 51, nr. 2, maart-april 2002, p. 99-106. |
Jong Edz., Dr. Fr. de, J. Saks literator en marxist. Een politieke biografie, Amsterdam: n.v. De Arbeiderspers 1954. |
Jong, J.J.P. de, De waaier van het fortuin. Van handelsimperium tot koloniaal imperium. De Nederlanders in Azië en de Indonesische archipel 1595-1950, Den Haag: Sdu Uitgevers 1998. |
Jong, L. de, Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, deel 1. Voorspel, 's-Gravenhage: Staatsuitgeverij 1969. |
Jong, L. de, Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, deel 11a, eerste helft. 's-Gravenhage: Staatsdrukkerij 1984. |
Kadt, J. de, De deftigheid in het gedrang. Een keuze uit zijn verspreide geschriften, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1991. |
Kadt, J. de, ‘Herinneringen aan een nooit verschenen tijdschrift’, in: Tirade, jrg. 18, nr. 193/194, januari-februari 1974, p. 90-103. |
Kadt, J. de, Politieke herinneringen van een randfiguur, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1976. |
Kadt, J. de, ‘Van jonge en oude revolutionairen’, in: Tirade, jrg. 13, nr. 151, november 1969, p. 551-557. |
Kampen, Anthony van, Een kwestie van macht, derde druk, Bussum: Van Holkema en Warendorf 1977. |
Kelk, C.J., ‘De dichter E. du Perron’, in: De Nieuwe Eeuw, jrg. 14, nr. 689, 6 november 1930, p. 173-174. |
Kelk, C.J., ‘E. du Perron (1899-1940)’, in: De Stem, jrg. 20, nr. 6, juni 1940, p. 649-653 (Critisch Bulletin, jrg. 11, nr. 6, juni 1940, p. 185-189). |
Kelk, C.J., ‘E. du Perron, prozaïst en dichter’, in: De Vrije Bladen, jrg. 7, nr. 10, oktober 1930, p. 291-95. |
Kelk, C.J., Ik kéék alleen, Brugge / Utrecht: Desclée de Brouwer 1968. |
Kelk, C.J., Leven van Slauerhoff, 's-Gravenhage / Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar 1971. |
Kelk, C.J., Wie ik tegen kwam, 's-Gravenhage: Nijgh & Van Ditmar 1981. |
Kelk, C.J., ‘Zij die schrijven, besproken’, in: De Radiobode, 18 juli 1930. |
Kleian / Kleian FAZn, F., Nieuw adresboek van geheel Nederlandsch-Indië, meerdere jaren tussen 1919 en 1938, Batavia: G. Kolff & Co., Weltevreden: A. Emmink (vanaf 1923), Batavia: Drukkerij De Unie (1934), Batavia: Drukkerij Visser & Co. (1938). |
Knap, Henri, ‘In vogelvlucht’, in: Friso Endt (ed.), Weet je nog wel de jaren dertig..., p. 7-12. |
Knaud, J.M., Herinneringen aan Soekaboemi, Den Haag: Tong-Tong 1976. |
Koch, D.M.G., Batig slot. Figuren uit het oude Indië, Amsterdam: De Brug / Djambatan n.v. 1960. |
Koch, D.M.G., Om de vrijheid. De Nationalistische beweging in Indonesië, Djakarta: Jajasan Pembangunan 1950. |
Koch, D.M.G., Verantwoording. Een halve eeuw in Indonesië, 's-Gravenhage / Bandung: Uitgeverij W. van Hoeve 1956. |
Koets, P.J., ‘Du Perron: een paar persoonlijke herinneringen (1937-1940)’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 2, nr. 2, december 1984, p. 18-27. |
Kop, G.G. van de, zie ook: Du Califou; Groeneveld. |
K[op], [G.G.] v[an] d[e], ‘'s Lands Archief’, in: De Indische Courant, 23 mei 1938. |
Korten-Nahon, L., ‘Herinneringen aan mijn zuster, Alice Nahon’, in: Nieuw Vlaams Tijdschrift, jrg. 15 (1961-1962), deel ii, [februari 1962,] p. 1098-1104. |
Kousbroek, Rudy, Het Oostindisch kampsyndroom, Amsterdam: Meulenhoff 1992. |
[Kramers, Wijnand,] ‘Het “kreatieve”’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 30, nr. 352, 20 april 1931, p. 95-96. |
Kruissink, Rits, Montmartre. Van tempel tot tingeltangel, Den Haag: Bert Bakker / Daamen n.v. 1960. |
Krijgers Janzen, W.C., De notaris in de literatuur. Serie Ars Notariatus viii. Amsterdam: Stichting tot Bevordering der Notariële Wetenschap 1956. |
Kuik, William D., ‘Op zoek naar Catherine Théot’, in: Hollands Maandblad, juni-juli 1968, p. 54-55. |
Kummer, Em., ‘Drieu la Rochelle en Du Perron’, in: Eep Francken et al. (ed.), Voor H.A. Gomperts bij zijn 65ste verjaardag, p. 185-195. |
Kummer, Em., ‘Tegendraads-lezen als excuus voor mislezen’, in: Optima 31, jrg. 9, nr. 2, [najaar] 1991, p. 40-62. |
Lange, Thomas, ‘Sprung in eine neue Identität. Der Emigrant Ernst Erich Noth’, in: Exilforschung. Ein internationales Jahrbuch, Band 2, 1984, p. 121-142. |
Lanoux, Armand, Paris 1925, Paris: Robert Delpire 1957. |
Lapidoth, Frits, bespreking van: E. du Perron, Bij gebrek aan ernst en Poging tot afstand, in: De Nieuwe Courant, 12 mei 1929. |
Larbaud, Valery, A.O. Barnabooth. Dagboek van een miljardair (vertaald door en met een nawoord van Paul de Bruin), Baarn: Ambo 1994. |
Larbaud, Valery, A.O. Barnabooth. Son journal intime, Paris: Gallimard 1982. |
Larbaud, Valery, Journal 1912-1935, Paris: Hachette [1955]. |
Leblanc, Maurice, Arsène Lupin gentleman-cambrioleur. Préface de Pierre Lazareff, Livre de poche, Paris: Librairie Générale Française 1972. |
Leeuwen, W.L.M.E., Avonden op Drienerwolde. Herinneringen en ontmoetingen. Amsterdam: J.M. Meulenhoff 1966. |
Leeuwen, W.L.M.E., Drie vrienden, Utrecht: Uitgeversmaatschappij W. de Haan n.v. 1947. |
Léonard, Jos., ‘De jongensjaren van Paul van Ostaijen’, in: Gierik / Nieuw Vlaams Tijdschrift, jrg. 13, nr. 4 / jrg. 14, nr. 1, december 1995 / maart 1996, p. 14-15. |
[Leroux, K.,] bespreking van: E. du Perron, Poging tot afstand en Bij gebrek aan ernst, in: De Volksgazet, 23 januari 1929. |
[Leur, J.C. van,] ‘Java, vreemd en vertrouwd. Fragmenten uit brieven van J.C. van Leur’, in: De Nieuwe Stem, jrg. 12, nr. 5, mei 1957, p. 276-293. |
[Leur, J.C. van,] ‘Wederom het geval “Z”’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 1, nr. 10, 1 juli 1938, p. 159-160 |
Leus, Herwig, ‘Du Perron en de Libertijnen’, in: Bok, jrg. 1, nr. 7, februari 1963, p. 56-77. |
Leus / Weverbergh, ‘Praatje met Franz Hellens, in: Bok, jrg. 1, nr. 7, februari 1963, p. 43-48. |
Locher-Scholten, Elsbeth, Ethiek in fragmenten. Vijf studies over koloniaal denken en doen van Nederlanders in de Indonesische Archipel 1877-1942, Utrecht: hes Publishers 1981. |
Locher-Scholten, Elsbeth, ‘Kritiek en Opbouw (1938-1942). Een rode splinter’, in: Ethiek in fragmenten, p. 150-175. |
Locher-Scholten, Elsbeth, ‘De Stuw, tijdstekening en teken des tijds’, in: Elsbeth Locher-Scholten, Ethiek in fragmenten, p. 118-149. |
Loon, H. van, ‘Een glimlachend cynicus’ [bespreking van: E. du Perron, Nutteloos verzet], in: De Stem / Critisch Bulletin, jrg. 10/1, nr. 4, april 1930, p. 380-381. |
Maas, Willem, Jacques Gans. Biografie, Amsterdam: De Prom 2000. |
Mad. [= M.A. Djoehana], ‘Du Perron-Sjahrir’, in: Het Inzicht, 23 maart 1946. |
Madsen, Axel, Malraux. A biography, London: W.H. Allen 1977. |
Magnis-Suseno, Franz, Javanische Weisheit und Ethik. Studien zu einer östlichen Moral, München / Wien: R. Oldenbourg Verlag 1981. |
Mahieu, Vincent [= J. Boon], ‘Pleidooi voor Du Perron’, in: Kroniek voor kunst en kultuur, jrg. 11, nr. 8, augustus 1950, p. 207-210. |
Maier, Henk, ‘Atjeh, de parel en de vrijheid’, in: Liesbeth Dolk (red.), Atjeh. De verbeelding van een koloniale oorlog, p. 98-116. |
Malraux, André, ‘D.H. Lawrence et l'érotisme. A propos de “L'Amant de Lady Chatterley”’, in: La Nouvelle Revue française, jrg. 38 (1932), nr. 220, p. 136-140. |
Malraux, André, Het menselijk tekort, zesde herziene druk,
|
Amsterdam / Antwerpen: Wereldbibliotheek 1947. [eerste druk: 1934]. |
Malraux, André, OEuvres complètes, volume i, Paris: Éditions Gallimard 1989. |
Malraux, André, ‘Sur Le pays d'origine’ in: Botteghe Oscure, Quaderno xii, Roma: De Luca Editore 1953, p. 11-19. |
Malraux, Clara, Le bruit de nos pas, volume iv: Voici que vient l'été, Paris: Grasset 1973. |
Mangoenkoesoemo, Soejitno, ‘E. du Perron. Een persoonlijk woord’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 3, nr. 13, 16 augustus 1940, p. 187-188. |
Mangoenkoesoemo, Soejitno, ‘Nog iets over “ons Indonesiërs”’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 2, nr. 3, 15 maart 1939, p. 39-42. |
Marc-Eemans, bespreking van: Duco Perkens, Claudia en Een tussen vijf, in: 7 Arts, nr. 10, 20 december 1925. |
Marc-Eemans, bespreking van: Duco Perkens, Bij gebrek aan ernst, in: 7 Arts, jrg. 4, nr. 24, 4 april 1926. |
Marchand, Jean-José, ‘Essai de biographie’, in: Jean-José Marchand (ed.), Pascal Pia, p. 11-18. |
Marchand, Jean-José (ed.), Pascal Pia, Paris: Lettres nouvelles Maurice Nadeau 1981. |
Marres, René, ‘H.A. Gomperts op het oorlogspad tegen Menno ter Braak’ [bespreking van: H.A. Gomperts, Een kern van waarheid], in: Optima, jrg. 18, nr. 8, augustus 2001, p. 81-96. |
Marryat, Captain, Mr. Midshipman Easy, London: Routledge [ca. 1870]. |
Mars, Petra, Elisabeth de Roos. Schrijfster in de schaduw, doctoraalscriptie Moderne Nederlandse Letterkunde, Universiteit van Amsterdam, Amsterdam 1993. |
Marsman, H., bespreking van: E. du Perron, Parlando, in: De Gids, jrg. 94, deel iii, december 1930, p. 409-410. |
Marsman, H., bespreking van: E. du Perron, Het land van herkomst, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 18 juni 1935. |
Marsman, H., ‘Nawoord’, in: E. du Perron, Tegenonderzoek, p. 167-169. Ook in: De Nieuwe Eeuw, jrg. 16, nr. 821, 18 mei 1933. |
Marsman, H., ‘Over het “kreatieve” in onze nieuwe poëzie’ [briefwisseling met E. du Perron], in: De Nieuwe Eeuw, jrg. 14, nr. 705, 26 februari 1931, p. 684-687. |
Marsman, H., Vijf versies van ‘Vera’ (ingeleid door Arthur Lehning, verzorgd door Daisy Wolthers), 's-Gravenhage: Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum 1962. |
[Marsman, H., en Arthur van Schendel,] ‘Twee brieven over Het land van herkomst’, in: Tirade, jrg. 21, nr. 222, februari 1977, p. 128-131. |
Martin du Gard, Roger, Jean Barois, Paris: Gallimard [1946]. |
Materman, Barry, Menno ter Braak en het dramaturgisch perspectief, Amsterdam: Sociologisch Instituut Universiteit van Amsterdam 1986. |
M.C. [= W. Walraven], bespreking van: J. Saks, Eduard Douwes Dekker. Zijn jeugd en Indische jaren, in: De Indische Courant, 11 december 1937. |
M.C. [= W. Walraven], bespreking van: E. du Perron, De man van Lebak, in: De Indische Courant, 16/17 december 1937. |
Melders, Jozef Peeters (1895-1960), Antwerpen / Amsterdam: De Nederlandsche Boekhandel 1978. |
Mertens, Phil, ‘“Het Overzicht” en de plaats van de Vlaamse kunst in het Europa van de jaren twintig’, in: Bulletin des Musées royaux de Belgique, nr. 1/2, 1964, p. 67-82. |
Meulen, Dik van der, E. du Perron. Een korte biografie, 's-Gravenhage: Sdu uitgeverij 1990. |
Meulen, Dik van der, ‘Hermans over Du Perron: geestverwant en agressor’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 16, juli 2002, p. 21-28. |
Meulen, Dik van der, Multatuli. Leven en werk van Eduard Douwes Dekker, derde, gecorrigeerde druk, Nijmegen: sun 2002. |
M[ichaux], H[enri], bespreking van: Bodor Guíla [E. du Perron], Manuscrit trouvé dans une poche, in: Le disque vert, jrg. 2, nr. 3, december 1923, p. 31. |
Moderne encyclopedie van de wereldliteratuur, deel 1-10, Haarlem / Antwerpen: De Haan / De Standaard 1980-1984. |
Moens, Wies, bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag, in: Boekenzaal, 1926, p. 266. |
Moerkerken, E. van, ‘Achtergronden van een trucfoto’, in: Vestdijkkroniek, nr. 17, september 1977, p. 20-23. |
Moerkerken, E. van, ‘Een duik in het verleden’, in: Tirade, jrg. 21, nr. 230, november 1977, p. 587-594. |
Monteyne, Lode, bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit, in: De Vlaamsche Gids, jrg. 13, nr. 4, januari 1925, p. 185. |
Mrázek, Rudolf, Sjahrir: politics and exile in Indonesia, New York: Cornell University 1994. |
Mulder, Jouke, Willinks waarheid, tweede, herziene druk, Baarn: De Prom bv 2000. |
Multatuli, Volledige werken, deel ii, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1973. |
Nederlander-middenstander [= mr. S. Jaarsma], Empirebuilding, Soerabaja: Drukkerij De Toekomst 1938. |
Niel, Robert van, The emergence of the modern Indonesian elite, Dordrecht-Holland / Cinnaminson-usa: Foris Publications 1984. |
Niemann, August, Pieter Marits. Lotgevallen van een Transvaalse boerenjongen, zestiende herziene druk met platen, Rijswijk (z.-h.): V.A. Kramers z.j. |
Nieuwenhuys, R., ‘Door de spiegel van de belletrie’, in: H. Baudet, I.J. Brugmans, Balans van beleid. Terugblik op de laatste eeuw van Nederlandsch-Indië, Assen: Van Gorcum & Co. n.v. 1961, p. 13-33. |
Nieuwenhuys, Rob, ‘Heimwee naar het archief: over dr. F. de Haan (1863-1938)’, in: F. de Haan, Uit de nadagen van de ‘Loffelijke Compagnie’, p. 7-16. |
Nieuwenhuys, Rob, ‘Kanttekeningen uit Peperga’, in: Hollands Diep, jrg. 2, nr. 13, 19 juni 1976, p. 17-18. |
Nieuwenhuys, Rob, Oost-Indische Spiegel, tweede druk, Amsterdam: Em. Querido's Uitgeverij b.v. 1973. |
Nieuwenhuys, Rob, ‘Op zoek naar het land van herkomst. 1. De “Indische jongen” Du Perron’, in: De Gids, jrg. 126, nr. 7, september 1963, p. 126-140. |
Nieuwenhuys, Rob, ‘Op zoek naar het land van herkomst. 2. Du Perrons weerzien met Indië’, in: De Gids, jrg. 126, nr. 8, oktober 1963, p. 241-251. |
Nieuwenhuys, Rob, Tussen twee vaderlanden, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1959. |
N[ijhoff, M.], bespreking van: E. du Perron, Uren met Dirk Coster, in: De Gids, jrg. 97, juni 1933, p. 395. |
Nijlen, Jan van, Herinneringen aan E. du Perron, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1981 (eerste druk 1955). |
Nijlen, Jan van, Verzamelde gedichten 1904-1948, 's-Gravenhage: A.A.M. Stols 1948. |
Nijlen, Jan van, Verzamelde gedichten 1903-1964, herziene en vermeerderde druk, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1964. |
Nijssen, Peter, De strikte dwang der werkelijkheid. Een documentaire over E. du Perrons Schandaal in Holland, twee delen, Doctoraalscriptie Instituut Nederlands van de Rijksuniversiteit Utrecht, Utrecht 1988. |
Noble, Philippe, Een Nederlander in Parijs: Eddy du Perron / Un Néerlandais à Paris: Eddy du Perron, Cahiers de Meridon, Amsterdam: Vereniging Volkshogeschool Meridon 1994. |
Noordenbos, O., ‘Multatuliana’ [bespreking van: J. Saks, Eduard Douwes Dekker en E. du Perron, De man van Lebak], in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 30 november 1937. |
N[ooteboom, C.M.], ‘De “verdachte Sinjo”’, in: Onze Courant, 25 september 1936. |
Nord, Max, ‘Menno ter Braak en E. du Perron herdacht’, in: De baanbreker, jrg. 1, nr. 1, 30 juni 1945, p. 8-9. |
Notulen van de algemeene en directievergaderingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, deel lviii, Weltevreden / 's-Gravenhage: G. Kolff & Co. / M. Nijhoff 1921. |
Notulen van de algemeene en directievergaderingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, deel lix, Weltevreden / 's-Gravenhage: G. Kolff & Co. / M. Nijhoff 1921-1922. |
Okker, Frank, ‘Over Indo's en kazen’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 19, november 2003, p. 3-8. |
V.O. [= Paul van Ostaijen], bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit, in: Vlaamsche Arbeid, jrg. 15, nr. 2, februari 1925, p. 76. |
O[staijen], P[aul] v[an], bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit en Kwartier per dag, in: Het Overzicht, nrs. 22-23-24, februari 1925, p. 171-172. |
Ostaijen, Paul van, Verzameld werk / proza. Kritieken en essays, [Antwerpen / Den Haag / Amsterdam:] De Sikkel / Daamen n.v. / G.A. van Oorschot [1956]. |
Oudvorst, A.F. van, ‘De fictionaliteit van Het land van herkomst’, in: Spiegel der Letteren, jrg. 33, nr. 1-2, [lente-zomer] 1991, p. 25-37. |
Oudvorst, A.F. van, Menno ter Braak als woordvoerder van de intellektuelen. Een literatuursociologische benadering, Amsterdam: Huis aan de Drie Grachten 1980. |
Oudvorst, A.F. van, ‘E. du Perron’, in: A.F. van Oudvorst, De verbeelding van de intellectuelen, p. 280-339. |
Oudvorst, A.F. van, ‘De thematiek van Het land van herkomst, in: Spiegel der Letteren, jrg. 33, nr. 4, [winter] 1991, p. 261-273. |
Oudvorst, A.F. van, De verbeelding van de intellectuelen. Literatuur en maatschappij van Dostojewski tot Ter Braak, Amsterdam: Wereldbibliotheek 1991. |
Oversteegen, J.J., ‘De verteller in de kring. Enkele aspecten van Het land van herkomst’, in: Merlijn, jrg. 4, nr. 6, nov. 1966, p. 441-456. |
Oversteegen, J.J., In het schuim van grauwe wolken. Het leven van Cola Debrot tot 1948, Amsterdam: Meulenhoff 1994. |
Oversteegen, J.J., Vorm of vent, derde druk, Amsterdam: Athenaeum / Polak & Van Gennep 1978. |
Paasman, Bert, ‘Du Perron als geschiedschrijver en bloemlezer van de oude Oostindische letteren’, in: Indische Letteren, jrg. 5, nr. 4, december 1990, p. 205-222. |
Pam, Max, ‘Als je geen aanleg voor lijden hebt, moet je het niet forceren’ [interview met D.A.M. Binnendijk], in: De Haagse Post, 24 oktober 1981. |
Pané, Armijn, ‘De poedjangga baroe i, in: De Fakkel, jrg. 1, nr. 9, juli-augustus 1941, p. 746-760 |
Pané, Armijn, ‘De poedjangga baroe ii, in: De Fakkel, jrg. 1, nr. 10, september 1941, p. 849-867. |
Pannekoek jr., G.H., ‘Al pratende met... Victor E. van Vriesland’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 26, nr. 6, 20 juni 1927, p. 121-125. |
P[annekoek] jr., G.H., bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag, in: Het Vaderland, 5 juni 1925. |
Pée, Dr. Julius, Multatuli en de zijnen, Amsterdam: Wereldbibliotheek n.v. 1937. |
Pellissier, Pierre, 6 février 1934: La République en flammes, Paris: Perrin 2000. |
Penning, L., De scherpschutters van Zuid-Afrika. Een verhaal uit den vrijheidsoorlog 1880-81, zesde druk, Utrecht: A. Fisscher 1925. |
Penning, L., De Held van Spionkop. Een verhaal uit den Engelsch-Zuid-Afrikaanschen oorlog 1899-1900, 's-Gravenhage: H.C. Voorhoeve Jzn. z.j. [eerste druk: 1901]. |
Perron, Alain du / Peter Nijssen, ‘Mijn herinneringen kunnen in een heel klein boekje’, in: Vooys, nr. 2/3, april 1986, p. 65-76. |
Perron [sr.], Ch.E. du, [ingezonden brief,] Bataviaasch Nieuwsblad, 27 juni 1899. |
Perron-de Roos, E. du et al. (red.), E. du Perron, Schrijversprentenboek 13, 's-Gravenhage / Amsterdam: Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum / De Bezige Bij 1969. |
Pia, Pascal, ‘Eddy du Perron’, in: Bok, jrg. 1, nr. 7, februari 1964, p. 3-8. |
Pia, Pascal, Feuilletons littéraires, tome i, Paris: Fayard 1999. |
Pia, Pascal, Les livres de l'Enfer, Paris: Arthème Fayard 1998. |
Pia, Pascal, Praten over Du Perron / Parler de Du Perron (met een nawoord van J.H.W. Veenstra), Utrecht: Reflex 1979. |
Picon, Gaëtan, Malraux par lui-même, Paris: Éditions du Seuil 1953. |
Pino, Adolf Maximiliaan, Komedie Stamboel en andere verhalen uit de praktijk van het binnenlands bestuur op Java 1913-1946, Leiden: igeer 1998. |
Ploetz, Dr. Karl, Kalendarium der wereldgeschiedenis, vijfde druk, Utrecht / Antwerpen: Uitgeverij Het Spectrum 1979. |
Poe, Edgar, Histoires extraordinaires, Traduction de Charles Baudelaire, Paris: Nelson / Calmann-Lévy [1917]. |
Poll, K.L., ‘Du Perron en zijn vrienden’, in: K.L. Poll, De gouden lamp. Essays over Nederland en de menselijke geest, Utrecht / Antwerpen: L.J. Veen 1989, p. 112-126. |
Polman, Maria Elisabeth, De keerzijde van het leven. Anton van Duinkerken als literatuurcriticus bij De Tijd (1927-1952), Nijmegen: Valkhof Pers 2000. |
Poort, Johan, Hendrik Willem Mesdag, ‘Artiste peintre à La Haye’, 's-Gravenhage: Ingenieursbureau Grabowsky & Poort b.v. 1981. |
Premsela, M., bespreking van: M. Seuphor, Carnet bric-à-brac en D. Perkens, Het roerend bezit, in: Den Gulden Winckel, jrg. 23, nr. 12, december 1924, p. 188. |
P[rick] v[an] W[ely], F., ‘Ontmoeting met E. du Perron’, in: Tong-Tong, jrg. 4, nr. 7, 15 oktober 1959, p. 6. |
Pringgodigdo, S[oewarni], ‘Du Perron dan pengaruhnja terhadap kaum intelek Indonesia 1936-1939’, in: Pudjangga Baru, jrg. 13, nr. 1-2, juli 1951, p. 28-35. Ook in: Sikap, nr. 29, 4 augustus 1951, p. 6-7. |
Pringgodigdo, S[oewarni], ‘Du Perron Sjahrir’, in: Sikap, nr. 33, 8 september 1951, p. 6-7. |
Pringgodigdo, S[oewarni], ‘Du Perron Sjahrir’, in: Sikap, nr. 34, 15 september 1951, p. 6. |
Pringgodigdo, S[oewarni], ‘Du Perron Sjahrir’, in: Sikap, nr. 36, 29 september 1951, p. 6-7. |
[Querido, Israël,] bespreking van: Duco Perkens, Kwartier per dag, in: Algemeen Handelsblad, 6 februari 1925. |
Red. Den Gulden Winckel [= G.H. 's-Gravesande, M. Nijhoff, E. du Perron], ‘De gemaskerde dichteres. “Mien Proost is een man”’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 28, nr. 12, december 1929. |
[Redactie Groot Nederland,] ‘Menno ter Braak † E. du Perron †’, in: Groot Nederland, jrg. 38, nr. 6, juni 1940, p. 595. |
Rees, W.A. van, Herinneringen uit de loopbaan van een Indisch officier, 's-Gravenhage: Visser, Van den Heuvell & Van Santen [1869]. |
Rengers Hora Siccama, W.C., en Herman Poort, De bloeiende bongerd: een inleiding tot de literaire kunst ten dienste van gymnasia, hoogere burgerscholen, middelbare meisjesscholen, kweekscholen en normaalscholen, deel 1, Groningen: Wolters 1915. |
Resink, G.J., ‘Du Perrons naleven op zijn eiland van herkomst’, in: Tirade, jrg. 17, nr. 184, maart 1973, p. 195-201. |
Reverdy, Pierre, Selected poems (with an introduction by Kenneth Rexroth), New York: New Directions 1969. |
Reys, Otto P. [= J. Greshoff], Dichters in het koffyhuis, Baarn: Hollandia Drukkerij 1925. |
Ricklefs, M.C., A history of modern Indonesia since c. 1300, second edition, Stanford: Stanford University Press 1993. |
Ritman, J.H., Journalistieke herinneringen, Den Haag: Uitgeverij Moesson 1980. |
[Ritman, J.H.,] ‘E. du Perron †’, in: Bataviaasch Nieuwsblad, 7 augustus 1940. |
Roelants, Maurice, ‘Requiem voor Doeke Zijlstra de humaanste der uitgevers’, in: F. Bordewijk et al., 5 auteurs over hun uitgever, p. 43-74. |
Roelants, Maurice, Roman van het tijdschrift Forum of les liaisons dangereuses. 's-Gravenhage / Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar [1965]. |
Roggeman, Willem M., ‘Gesprek met Beb Vuyk’, in: De Vlaamse Gids, jrg. 69, nr. 4, juli-augustus 1985, p. 2-12. |
Roland Holst, A., Ik herinner mij. Radiogesprekken met S. Carmiggelt (bezorgd door Dirk Kroon), 's-Gravenhage: Bzztôh 1981. |
Roland Holst, A., Verzamelde gedichten, Den Haag / Bussum: Bert Bakker / C.A.J. van Dishoeck 1971. |
Romein-Verschoor, A., ‘Douwes Dekker, begrijpen en verdedigen’ [bespreking van: J. Saks, Eduard Douwes Dekker en E. du Perron, De man van Lebak], in: De Stem, jrg. 18, nr. 1, januari 1938, p. 93-99. |
Romein-Verschoor, A., ‘Du Perrons laatste woord over Multatuli’ [bespreking van: E. du Perron, De bewijzen uit het pak van Sjaalman], in: De Stem, jrg. 20, nr. 12, dec. 1940, p. 1175-1177. |
Romein-Verschoor, A., ‘De onzekeren’, in: A. Romein-Verschoor, Drielandenpunt, Synopsis, [Amsterdam: De Arbeiderspers] 1975, p. 197-220. Ook in: De Gids, jrg. 132, nr. 4/5, april/mei 1969, p. 183-94. |
Romein-Verschoor, A., ‘Een tussenspel en een begin’ [bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi en De muze van Jan Companjie], in: De Stem, jrg. 19, nr. 6, juni 1939, p. 609-611. |
Romein, Jan, De biografie, Amsterdam: Em. Querido's Uitgeversmij 1951. |
Romijn Meijer, Henk, ‘Bep’, in: Maatstaf, jrg. 34, november-december 1986, p. 103-117. Ook in: Henk Romijn Meijer, Een krans van rozen en een zakdoek: verhalen, impressies, portretten, Amsterdam: Meulenhoff 1988, p. 198-227. |
Rost, Nico, bespreking van: E. du Perron, De man van Lebak, in: Het Volk, 28 november 1937. |
Roussard, André, Dictionnaire des peintres à Montmartre, Paris: Éditions André Roussard 1999. |
Rousseeuw, Boris, De obsolescentie van de Du Perron-literatuur 1923-1940, Licentiaatsverhandeling Universitaire Instelling Antwerpen, Antwerpen 1985. |
Ruiter, Frans en Wilbert Smulders, Literatuur en moderniteit in Nederland 1840-1990, Amsterdam-Antwerpen: Uitgeverij De Arbeiderspers 1996. |
Rutten, Prof. dr. M., ‘Achtergronden van de Oriënt-Express als mythe bij Martinus Nijhoff’, in: Spiegel der Letteren, jrg. 25, nr. 4, 1983, p. 278-307. |
Ruyslinck, Ward, Valentijn Van Uytvanck. Tekenaar zonder vaderland, Brussel & Den Haag: Manteau 1977. |
S. [= J.B. Sitanala?], ‘Bârâs Kangean. (Nog eens: Kangean in nieuwe banen geleid)’, in: Weekblad voor Indië, jrg. 16, nr. 49, 14 maart 1920, p. 730-732. |
Sadoul, Georges, Histoire générale du cinéma. 2. Les pionniers du cinéma 1897-1909, Paris: Editions Denoël 1948. |
Sadoul, Georges, Histoire générale du cinéma. 3. Le cinéma devient un art 1909-1920. Premier volume: avant-guerre, Paris: Editions Denoël 1951. |
Salmon, André, Le manuscrit trouvé dans un chapeau (illustrations de Pablo Picasso, préface de Jacqueline Gojard), [Montpellier:] Fata Morgana 1983. |
Salmon, André, Souvenirs sans fin. Deuxième époque (1908-1920), Paris: Gallimard [1956]. |
Samkalden, H., zie ook: Sk. |
Samkalden, Mr. H., ‘De Volksraad en de Europeesche samenleving in Nederlandsch-Indië’, in: Koloniale Studiën, jrg. 22, nr. 3, juni 1938, p. 300-334. |
S[assen], A., ‘De twee vaderlanden van één hart’ [bespreking van: E. du Perron, De smalle mens], in: De Nieuwe Gemeenschap, jrg. 1, nr. 7/8, aug. 1934, p. 442-443. |
Sassen, Ad., ‘Onder 4 oogen met Anton van Duinkerken’, in: Boekenschouw, jrg. 27 (1933-934), nr. 3, juli 1933, p. 120-125. |
Scharten, Carel, ‘De allermodernste roman, of de sprong door de dubbele punt’ [bespreking van: Gerard van Duyn, De verlaten stad en Duco Perkens, Het roerend bezit], in: De Telegraaf, 6 september 1924. |
Scheffers, Wilma, Om het behoud van een klimaat. Fred Batten 1910-1980, Doctoraalscriptie Nederlandse taal- en letterkunde, Universiteit van Amsterdam, Amsterdam 1995. |
Schenkeveld-van der Dussen, M.A. et al. (red.), Nederlandse literatuur, een geschiedenis, Groningen: Martinus Nijhoff Uitgevers 1993. |
Schmits, Georges, ‘Pascal Pia et la Belgique’, in: Jean-José Marchand (ed.), Pascal Pia, p. 31-38. |
Scholte, Henrik, bespreking van: Duco Perkens, Bij gebrek aan ernst, in: Nederland, 6 augustus 1926, p. 763-764. |
Schouten, Dr. J., De verlegenheid, Groningen / Batavia: J.B. Wolters 1935. |
Seghers, Greta, Het eigenzinnige leven van Angèle Manteau, Amsterdam: Prometheus 1992. |
Seubring, G., ‘Sluipend Gif, of moderne Don Quichotterie’, in: De Preanger Post, 22 november 1938. |
[Seubring, G.,] ‘E. du Perron. In memoriam’, in: De Preanger Post, 9 augustus 1940. |
Seuphor, Michel, Les évasions d'Olivier Trickmansholm, Paris: Fernand Aubier 1939. |
Sitniakowsky, I., ‘Carel Willink vertelt over zijn jaren met Du Perron’, in: De Telegraaf, 21 januari 1978. |
Sjahrazad [= Maria Duchâteau, op basis van brieven van Soetan Sjahrir], Indonesische overpeinzingen, derde druk, Amsterdam / Djakarta: Uitgeverij Djambatan / Pembangunan-Opbouw [1950]. |
Sk. [= Hugo Samkalden], ‘De Man van Lebak. Het drama van den ambtenaar die mensch wilde zijn. Een bespreking in briefvorm’ [bespreking van: J. Saks, Eduard Douwes Dekker en E. du Perron, De man van Lebak], in: Bataviaasch Nieuwsblad, 8 januari 1938. |
Sk. [= Hugo Samkalden], ‘Notities over laster’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 2, nr. 1, 16 februari 1939, p. 6. |
Slauerhoff, J. Brieven aan Hans Feriz (bezorgd en van aantekeningen voorzien door Herman Vernout), Amsterdam: Uitgeverij de Arbeiderspers 1984. |
Slijper, Bart (ed.), J.C. Bloem en H. Marsman. De bewaard gebleven brieven, Groningen: Umbra 1993. |
Smedt, R. de, ‘La Présence de Franz Hellens dans les Périodiques de langue néerlandaise’, in: Lettres romanes, jrg. 24, 1970, p. 215-245. |
Snoek, Kees, ‘Aandacht voor een archipel: Du Perron op de Kangean-eilanden’, in: Indische Letteren, jrg. 3, nr. 2, juni 1988, p. 85-100. |
Snoek, Kees, ‘E. du Perron door vrienden geportretteerd’, in: Jaarboek Letterkundig Museum, deel 8, Den Haag: Letterkundig Museum 1999 [= 2000], p. 35-58. |
Snoek, Kees, ‘“Dank voor uw lieve inval”. E. du Perron aan Da Simons-Posthumus, 1 april 1935’, in: Jaarboek Letterkundig Museum, deel 3, Den Haag: Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum 1994, p. 183-188. |
Snoek, Kees, ‘E. du Perron en de Parijse bohème’, in: Kunsttijdschrift Vlaanderen, jrg. 52, april 2003, p. 105-112. |
Snoek, Kees, ‘De lusten en lasten van de biograaf. Du Perron en zijn Indische jeugd’, in: Indische Letteren, jrg. 14, nr. 1, maart 1999, p. 13-29. |
Snoek, Kees, Manhafte heren en rijke erfdochters. Het voorgeslacht van E. du Perron op Java, ‘Boekerij Oost en West’, Leiden: kitlv Uitgeverij 2003. |
Snoek, Kees, ‘Met een blik van nadenkend wantrouwen. Liefdesbrieven van E. du Perron aan Julia Duboux’, in: De Parelduiker, jrg. 3, nr. 2, juli 1998, p. 2-27. |
Snoek, Kees, ‘“Omkeeren is mijn métier”. E. du Perron, de geest van Multatuli en die van Setiabuddhi’, in: Theo D'haen & Gerard Termorshuizen (red.), De geest van Multatuli. Proteststemmen in vroegere Europese koloniën, Semaian 17, Leiden: Vakgroep Talen en Culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië 1998, p. 123-141. |
Snoek, Kees, ‘Opstand tegen het lot. De vriendschap tussen E. du Perron en André Malraux’, in: zl. Literair-historisch tijdschrift, jrg. 1, nr. 4, juli 2002, p. 30-57. |
Snoek, Kees, ‘“Pierrot is eindlik naar de maan”: Du Perrons fantaisisme in de kwatrijnen van Filter’, in: zl. Literair-historisch tijdschrift, jrg. 1, nr. 0, april 2001, p. 2-11. |
Snoek, Kees, ‘De romantische bronnen van “De Onzekeren”’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 14, juli 2001, p. 24-35. |
Snoek, Kees, ‘Een steekproef voor Hollanders: Multatuli, Du Perron, Saks en hun recensenten’ [met een bibliografie van de receptie van de Multatuli-geschriften van J. Saks en E. du Perron], in: Kees Groeneboer (red.), Studi Belanda di Indonesia / Nederlandse studiën in Indonesië, Jakarta: Djambatan 1989, p. 95-106. |
Snoek, Kees, ‘Voor leesliefhebbers of literatuurgenieters? Literatuurkritiek in Indië, 1933-1940: E. du Perron en J. Treffers’, in: Indische Letteren, jrg. 17, nr. 1-2, maart 2002, p. 68-81. |
Snoek, Kees, ‘De vrede van aan veel deel te hebben, heel alleen te staan. Vraaggesprek met de dichter G.J. Resink’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 4, nr. 6, augustus 1987, p. 12-19. |
Snoek, Kees, ‘Zou u van mij een versuikerd monster maken? Brieven en gedichten ontdekt van E. du Perron aan zijn eerste grote liefde’, in: nrc-Handelsblad, 13 maart 1998. |
Soeroto, bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi, in: Nationale Commentaren, jrg. 1, nr. 49, 16 december 1938, p. 930-931. |
Soeroto, bespreking van: E. du Perron, ‘Over du Perron’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 3, nr. 17, 16 oktober 1940, p. 261-262. |
Soeroto, bespreking van: E. du Perron, ‘Wij Indonesiërs’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 2, nr. 2, 1 maart 1939, p. 23-24. |
Soriano, Marc, Guide de littérature pour la jeunesse; Courants, problèmes, choix d'auteurs, Paris: Flammarion 1975. |
Souvestre, Pierre et Marcel Allain, Fantômas, Paris: Editions Robert Laffont 1987. |
Spectator [= Arnold (Dop) Bles], ‘Vluchtige blikken’, in: De Stem, jrg. 13, nr. 2, februari 1933, p. 177-183. |
Speliers, Hedwig, ‘Een vermeende vriendschap. Van Ostaijen versus Du Perron’, in: Hedwig Speliers, Met verpauperde pen, Antwerpen: Manteau 1984, p. 65-85. |
Speybroeck, Daan van, ‘Getekend en vertekend. Over de beeldvorming rond de dichteres Alice Nahon’, in: Ria van den Brandt (red.), Alice Nahon 1896-1933, p. 187-219. |
Spoor, Ronald, ‘Antonini en de vrijheid van Ascona’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 4, nr. 3, februari 1987, p. 15-16. |
Spoor, Ronald, ‘Het avontuur van de britse mislukking’, in: Tirade, jrg. 17, nr. 184, maart 1973, p. 122-126. |
Spoor, Ronald, ‘Du Perron en de aap van Multatuli’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 1, nr. 6, augustus 1984, p. 1-4. |
Spoor, Ronald, ‘Du Perron in Florence’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 1, nr. 6, augustus 1984, p. 9-10. |
Spoor, Ronald, ‘Evelyn Blackett's korte ontmoeting met de Nederlandse letteren’, in: Tirade, jrg. 26, nr. 280/281, september/oktober 1982, p. 617-622. |
Spoor, Ronald, ‘Vijf vraaggesprekken met Du Perron’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 3, nr. 5, juni 1981, p. 1-21. |
Spoor, Ronald, en Herman Verhaar, ‘Een keten van verbeelding: Du Perron - Alexeïeff - Green’, in: Maatstaf, jrg. 43, nr. 7, juli 1995, p. 4-19. |
S.T.A. [= Soetan Takdir Alisjahbana], ‘Sambil laloe. Minat E. du Perron’, in: Poedjangga Baroe, jrg. 7, nr. 1, juli 1939, p. 18-19. |
Stendhal, Chroniques italiennes (texte établi et présenté par Michel Crouzet), Série Bibliothèque de Cluny, Paris: Librairie Armand Collin 1960. |
Stevens, Harm, ‘“Kapwond tot op den beenigen schedel”. Vechten van man-tot-man in het Land van Herkomst’, in: Indische Letteren, jrg. 19, nr. 2, juni 2004, p. 68-74. |
Storm, Reinder, ‘Du Perron en Baudelaire’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 14, juli 2001, p. 17-23. |
Storm, Reinder, ‘E. du Perron als uitgever’, in: Maatstaf, jrg. 41, nr. 7, juli 1993, p. 18-31. |
Straaden, Andries van, De rapportrijder. Een verhaal uit den Boerenoorlog. Uit het Hoogduitsch vertaald door J. Sepp, Gouda: G.B. van Goor Zonen z.j. |
[Straten, Hans van,] ‘Du Perrons Arabische neef of de kleinzoon van tante Toetie’, in: Vlagtwedder Grensbode, jrg. 1, nr. 2, 29 september 1990, p. 5-9. |
Straten, Hans van, Hendrik Nicolaas Werkman. De drukker van het paradijs, derde, herziene en vermeerderde druk, Amsterdam: Meulenhoff 1980. |
Straten, Hans van, ‘Fred Batten, schildknaap van Forum’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 1, nr. 6, augustus 1984, p. 23-28. |
Straten, Hans van, ‘Van meneer Mien Proost tot Kameraad Pijlenboog’, in: Het Oog in 't Zeil, jrg. 8, nr. 1, oktober 1990, p. 19-24. |
Straten, Hans van, Willink over Du Perron: ‘Hij is voor mij altijd een toegewijd vriend geweest’’, in: Utrechts Nieuwsblad, 27 januari 1973. |
Stuiveling, G., bespreking van: E. du Perron, De smalle mens, in: Tijd en Taak (ongedateerd, coll. R. Storm). |
Stuiveling, G., bespreking van: E. du Perron, Het land van herkomst, in: Tijd en taak 1935 (coll. lm). |
Stuiveling, G., ‘Multatuliana’, in: Tijd en Taak, 12 februari 1938 (herdrukt in: Over Multatuli, nr. 10, [najaar] 1982, p. 13-15). |
Stuiveling, Dr. G., ‘Herinneringen aan Du Perron’, in: Dr. G. Stuiveling, Steekproeven, Amsterdam: Querido 1950, p. 193-207. |
St[uiveling], G., bespreking van: E. du Perron, De muze van Jan Companjie, in: Groot Nederland, jrg. 37, nr. 10, oktober 1939, p. 423-424. |
Stuiveling, G. (ed.), Multatuli, reeks Genie en Wereld, Hasselt: Heideland / Orbis 1970. |
Takdir Alisjahbana, zie ook: S.T.A. |
Takdir Alisjahbana, S[oetan], ‘Individualisme en gemeenschapsbewustzijn in de moderne Indonesische letterkunde’, in: Poedjangga Baroe, jrg. 8, nr. 9, maart 1941, p. 232-239. |
Tas, S., Een critische periode, Amsterdam: De Bezige Bij [1946]. |
Tas, S., ‘Kenangan saya pada Sjahrir’, in: Rosihan Anwar (ed.), Mengenang Sjahrir, Jakarta: Penerbit pt Gramedia 1980, p. 233-254. |
Taylor, Jean Gelman, Smeltkroes Batavia. Europeanen en Euraziaten in de Nederlandse vestigingen in Azië, Groningen: Wolters-Noordhoff 1988 (oorspronkelijk verschenen als: The Social World of Batavia, Wisconsin: The University of Wisconsin Press 1983). |
Teirlinck, Herman, Brussel 1900, Antwerpen / Amsterdam: Elsevier / Manteau 1981. |
Termorshuizen, Gerard, P.A. Daum. Journalist en romancier van tempo doeloe, Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar 1990. |
Todd, Olivier, André Malraux. Une vie, Paris: Gallimard 2001. |
Tolstoi, Comte Léon, Qu'est-ce que l'art?, Paris: Paul Ollendorf 1898. |
Tolstoy, L.N., What is art? (with an introduction by Militsa Greene), Letchworth, Hertfordshire: Bradda Books Ltd. 1963. |
Uyldert, Maurits, bespreking van: E. du Perron, Nutteloos verzet, in: Algemeen Handelsblad, 6 september 1930. |
Vaessens, Thomas, ‘De lichte waanzin van het onmogelijke. Kleine poëtografie van een pretentieus dichter’, in: Geert Buelens en Erik Spinoy (ed.), De stem der Loreley. Over Paul van Ostaijen, p. 58-80. |
Vandegans, André, La jeunesse littéraire d'André Malraux, [Paris]: Jean Jacques Pauvert 1964. |
Veenstra, J.H.W., ‘Bij een curiosum’, in: Tirade, jrg. 17, nr. 184, maart 1973, p. 96-103. |
Veenstra, J.H.W., D'Artagnan tegen Jan Fuselier. E. du Perron als Indisch polemist, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1962. |
Veenstra, J.H.W., ‘Ducroo en Du Perron’, in: Maatstaf, jrg. 19, nr. 2, juni 1971, p. 94-109. |
Veenstra, J.H.W., ‘Du Perron en Slauerhoff, een vriendschap en een breuk’, in: Ons Erfdeel, jrg. 27, nr. 2, maart/april 1984, p. 225-244. |
Veenstra, J.H.W., ‘Du Perron en Vestdijk, een vriendschap met haperingen’, in: Maatstaf, jrg. 31, nr. 12, december 1983, p. 56-71. |
Veenstra, J.H.W., ‘Du Perrons Indische leerjaren’, in: Maatstaf, jrg. 31, nr. 1, januari 1983, p. 52-63. |
Veenstra, J.H.W., Het leven van E. du Perron. 1. Een Indische jeugd [ongepubliceerd manuscript, coll. lm]. |
Veenstra, J.H.W., Multatuli als lotgenoot van Du Perron, Utrecht: Uitgeverij Reflex 1979. |
Veer, Paul van 't, ‘Voortreffelijke studie van Rob Nieuwenhuys: Nederlandse letterkunde ondenkbaar zonder Indië’, in: Het Parool, 30 september 1972. |
Vegt, Jan van der, A. Roland Holst. Biografie, Baarn: de Prom 2000. |
V[en], [A.E.M.] v[an] d[er], ‘Lof der Liefdeloosheid’ [bespreking van: E. du Perron, Mikrochaos], in: Bataviaasch Nieuwsblad, 1 december 1937. |
V[ercammen], J[an], bespreking van: E. du Perron, Nutteloos verzet, in: De Tijdstroom, jrg. 4, nr. 7, april 1934, p. 334-335. |
Verheul, Kees, ‘Ballingen uit hun land van herkomst. De Russische romanpersonages van E. du Perron’, in: De Parelduiker, jrg. 4, nr. 4, 1999, p. 35-54. |
Verheul, Kees, ‘Was Du Perron eigenlijk een Rus?’, in: Kees Verheul, De dolende pen, Amsterdam: G.A. van Oorschot 2002, p. 67-99. |
Verhoeven, Bas, ‘Kloos vond ik toch wel mooi’, in: Vooys, jrg. 9, nr. 3, mei-juni 1991, p. 27-34. |
Versluys, Kristiaan, ‘Van music-halls tot maanstraalstraten. De stadspoëzie van Paul van Ostaijen’, in: Geert Buelens en Erik Spinoy (ed.), De stem der Loreley. Over Paul van Ostaijen, p. 81-97. |
Vestdijk, S., ‘Beperktheid van het sociale criterium’, in: Het Parool, 10 mei 1947. |
Vestdijk, S., bespreking van: E. du Perron, Mikrochaos, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 29 augustus 1935. |
Vestdijk, S., ‘E. du Perron’, in: S. Vestdijk, Gestalten tegenover mij. Persoonlijke herinneringen, Den Haag: Bert Bakker / Daamen n.v. 1961, p. 36-60. |
Vestdijk, S., ‘E. du Perrons grote anti-roman’ [bespreking van: E. du Perron, Het kind van herkomst], in: Simon Vestdijk, Lier en lancet, Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar 1939, p. 381-405. |
Vestdijk, S., ‘Eencellige literatuur’ [bespreking van: E. du Perron, Blocnote klein formaat], in: De Groene Amsterdammer, 8 mei 1937. |
Vestdijk, S., ‘De fatsoensrakker’, in: Groot-Nederland, jrg. 37, nr. 11, november 1939, p. 451-458. |
Vestdijk, S., Muiterij tegen het etmaal, deel 2. Poëzie en Essay, tweede druk, Den Haag 1966. |
Vestdijk, S., Verzamelde gedichten, Amsterdam / 's-Gravenhage: Athenaeum-Polak & Van Gennep / Bert Bakker / De Bezige Bij / Nijgh & Van Ditmar 1987. |
[Vestdijk, S.,] ‘Gestimuleerd door Saks’ [bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi], in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 11 maart 1939 (herdrukt in: S. Vestdijk, Muiterij tegen het etmaal, deel 2, p. 197-203). |
Vliet, H.T.M. van (ed.), Tussen twee generaties; Briefwisseling A. Roland Holst en H. Marsman (1922-1940), Den Haag: Letterkundig Museum [1999]. |
Vogel, Jaap, De opkomst van het Indocentrische geschiedbeeld. Leven en werken van B.J.O. Schrieke en J.C. van Leur, Hilversum: Verloren 1992. |
Voorde, Urbain van de, bespreking van: Duco Perkens, Het roerend bezit, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 7 maart 1925. |
Voorhoeve, Paul, ‘Waar wegen zich scheidden. Du Perron en Malraux’, in: Cahiers voor een lezer, nr. 10, mei 1999, p. 15-26. |
Voskuil, R.P.G.A. et al., Bandoeng. Beeld van een stad, Purmerend: Asia Maior 1996. |
Vree, Paul de, ‘De historische betekenis van “Het Overzicht”’, in: Jaarboek Koninklijk Museum voor Schone Kunsten 1954-1960, Antwerpen, p. 117-123. |
Vree, Paul de, ‘Notities over de Vlaamse “lost generation”, het geval Michel Seuphor’, in: De Tafelronde, jrg. 5, nr. 2, december 1958. |
Vree, Paul de, ‘Paul van Ostaijen en “De Driehoek”’, in: De Tafelronde, jrg. 11, nr. 1, januari 1966, p. 31-37. |
Vree, Paul de, en Henri-Floris Jespers, Paul van Ostaijen, Brugge / Antwerpen: Uitgeverij De Galge pvba 1967. |
[Vries, D. de,] ‘Koloniale sfeer’, in: Het Indische Volk, jrg. 21, nr. 16, 25 oktober 1938. |
V[ries], D. d[e], ‘Sluipend gif’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 1, nr. 18, 1 november 1938, p. 281-82. |
Vries, Theun de, ‘Dirk Coster. Pro en contra’, in: De Gids, jrg. 97, april 1933, p. 93-100. |
Vries, Theun de, ‘Een narcissusproduct’ [bespreking van: E. du Perron, Een voorbereiding], in: De Stem, jrg. 12, nr. 4, april 1932, p. 459-461 (Critisch Bulletin, jrg. 3, nr. 4, april 1932, p. 123-125). |
Vries, Theun de, ‘Proefbalans 1934’, in: Den Gulden Winckel, jrg. 33, nr. 385, januari 1934, p. 1-3 & 9. |
Vriesland, Victor E. van, bespreking van: E. du Perron, Parlando, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 28 oktober 1930. |
Vriesland, Victor E. van, Herinneringen verteld aan Alfred Kossmann, Amsterdam: Querido 1969. |
Vriesland, Victor E. van, Verzamelde gedichten, Amsterdam: Em. Querido's Uitgeverij n.v. 1968. |
[Vriesland, Victor E. van,] bespreking van: E. du Perron, Bij gebrek aan ernst en Poging tot afstand, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 22 september 1932. |
[Vriesland, Victor E. van?,] bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi, in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 24 april 1937. |
Vuyk, Beb, ‘Eddy du Perron’, in: Kritiek en Opbouw, jrg. 3, nr. 13, 16 augustus 1940, p. 188-89. |
Vuyk, Beb, ‘Multatuli, de Goeroe’, in: G. Stuiveling (ed.), Multatuli, p. 315-319. |
Vuyk, Bep [= Beb], ‘In memoriam Ed. du Perron’, in: Bataviaasch Nieuwsblad, 12 augustus 1940. |
Walraven, Willem, zie ook: M.C. |
Walraven, W., Brieven. Aan familie en vrienden 1919-1941, Amsterdam: G.A. van Oorschot 1966. |
Warnod, André, Ceux de la Butte, Paris: René Julliard [1947]. |
Warnod, André, Les peintres de Montmartre, Paris: La Renaissance du Livre [1928]. |
Weber, Eugen, The hollow years. France in the 1930s, New York / London: W.W. Norton & Company 1994. |
W[eeber], A., bespreking van: E. du Perron, Multatuli, tweede pleidooi, in: De Heraut, ongedateerd (coll. Multatuli museum). |
Wessem, Constant van (ed.), Twintig Noord- en Zuid-Nederlandsche verhalen, Utrecht: Erven J. Bijleveld 1930. |
Wessem, Constant van, Mijn broeders in Apollo, 's-Gravenhage: A.A.M. Stols 1941. |
Wessem, Constant van, ‘Uit mijn journaal’, in: Ad Interim, jrg. 2, nr. 8, oktober 1945, p. 286-288. |
W[ijk], [D.F.] v[an], ‘C. Ed. Du Perron † in memoriam’, in: Mataram, 7 augustus 1940. |
Wilholt, Nanske, Voor alles artiste. Uitgever Stols en het literaire leven in het Interbellum, Zutphen: Walburg Pers 2001. |
Willink, A.C., ‘Cézannes nalatenschap onder benefice van inventaris aanvaard’, in: Libertinage, jrg. 2, nr. 2, maart-april 1949, p. 91-97. |
Willink, A.C., ‘Een omgekeerde ontwikkeling’, in: A.C. Willink, De schilderkunst in een kritiek stadium, p. 27-37. |
Willink, A.C., De schilderkunst in een kritiek stadium, Amsterdam: Meulenhoff [1950]. |
Wispelaere, Paul de, ‘Michel Seuphor en “Het Overzicht”’, in: Paul de Wispelaere, Met kritisch oog, 's-Gravenhage / Rotterdam: Nijgh & Van Ditmar [1967], p. 22-38. |
Wispelaere, Paul de, ‘Literaire steekspelen’, in: De Tafelronde, jrg. 3, nr. 2, mei 1956. |
Witte, René, De Indische radio-omroep. Overheidsbeleid en ontwikkeling 1923-1942, Hilversum: Verloren 1998. |
Wormser, Dr. C.W., Zóó leven wij in Indië, derde druk, Deventer: Uitgeverij W. van Hoeve 1943. |
[Wormser, C.W.,] ‘Onwaardig en onwaar. “Preanger Post” over “Atjeh”’, in: Algemeen Indisch Dagblad ‘De Preangerbode’, 25 november 1938. |
Wutse [= Van Oord], Sluipend gif, Den Haag: Uitgevers Mij. ‘De Batavier’ n.v. [1937]. |
Zboray, E. von, De particuliere landerijen bewesten de Tjimanoek, z.p.: [eigen beheer] 1948. |
Zentgraaff, H.C., Atjeh, Batavia: Koninklijke Drukkerij De Unie [1938]. |
Z[entgraaff, H.C.], ‘Sluipend gif’, in: Java-Bode, 15 oktober 1938. |
Zentgraaff, H.C. en W.A. van Goudoever, Sumatraantjes, vijfde druk, 's-Gravenhage: Uitgeverij W. van Hoeve 1957. |
Z[immerman], A., ‘De dichter Hendrik Mulder’, in: d'Oriënt, nr. 26, 1 juli 1933. |
Zonneveld, Peter van, De moord op Fientje de Feniks. Een Indische tragedie, Schoorl: Uitgeverij Conserve 1992. |
Zwitzer, H.L. en C.A. Heshusius, Het Koninklijk-Nederlands-Indisch leger 1830-1950: een terugblik, 's-Gravenhage: Staatsuitgeverij 1977. |
|
|