[p. 116]
De vooruitgang
Zij komen los en niets zal hen weerstreven:
van de paleizen kraait hun rode haan,
uit alle krotten bloeit een rode vaan,
de burgers smelten en de goden beven!
Voor zoveel botten, spieren, zweet, ruim baan!
Dit is de mensheid, aan zichzelf ontheven;
wie nu niet sterft, ontvangt het nieuwste leven;
zij zijn de wereld, niets kan hen ontgaan!
En uit hun vrouwen met cementen kaken
komt (vide Marx) dan nog de Nieuwe Mens,
wel met een sexe, een soort van ziel, een pens -
maar gelijkvormig zullen zij hem maken!
Tot in de brei van 't collectief gedrens
de neo-burgers revolutie braken.