[p. 112]
Antwoord aan Greshoff
Gij zijt de pessimist der optimisten,
maar prijst het leven alsof ge altijd wist
dat wie 't misprezen zich verwoed vergisten.
Ik ben onbruikbaar, ook als optimist.
Wanneer gij zegt: ‘Ik voel het leven gisten
als wijn en cider’, wil 'k met u geen twist.
Gij lost de vraag op die zovelen misten,
ik hoor u aan en laat haar onbeslist.
Ik weet alleen: mijn leven is het leven
niet, en dit mijne ken 'k ternauwernood.
Gij die mijn vriend zijt, zult het mij vergeven
wanneer 'k niet antwoord of 'k een deuntje floot.
Daarom slechts dit: ik zou mijn leven geven
aan wie mij kon verzoenen met mijn dood.