E. du Perron
aan
W.L.M.E. van Leeuwen

Parijs,4179 8 mei 1936

Parijs, Vrijdag.

Waarde Heer Van Leeuwen,

Hierbij het fraais van bolle Ton terug.4180 Ik begrijp niet wat u verwondert, en 's mans onmiskenbare geraaktheid spreekt ook voor zichzelf. Bovendien, zoo is het immers altijd: iedere literaire groep die zich tekort voelt gedaan let niet meer op de ‘overige bladzijden’. Zonder nog in aanmerking te nemen, wat bovendien natuurlijk het geval is, dat bolle Ton uw opvattingen over Marsman, Ter Braak, mij etc. allerminst deelen kan.

Toch zou het beter zijn geweest wanneer u - in zich als objectief voordoend werk als het uwe - geen vat op u gegeven had. Dat bv. Kuyle ongeveer nazi is, en geen communist, had u kunnen weten.

Die argumentatie over M.O.4181 is natuurlijk alleen maar een onderdeel van de campagne. U hebt de roomschen verwaarloosd, zij bijten u en in hun eigen pers; dat alles is volkomen logisch. Als de andere pers nu maar beter is...

Geloof mij met vriendelijke groeten

uw dw.4182

P.S. Er is voor mij iets veel curieuzers, als ik een boek als uw overzicht lees, en iets dat niet uw schuld is, maar eenvoudig in verband staat met het verschijnsel ‘nederlandsche literatuur’. Het is dat men telkens lezen moet: Die volgde Balzac en Die deed als Zola, een Ander meer als Flaubert en nog een Ander als Goncourt. Terwijl men, als men juist wilde zijn in deze vergelijkingen met de fransche literatuur, van deze zelfde heeren zou moeten zeggen: Die werd onze René Bazin, Die onze Henri Bordeaux, die Ander was nog grotesker dan Jean Lombard en die nog een Ander is een soortement Jean Rameau. Gesteld dat ik Malraux of Gide over onze auteurs moest inlichten met uw vergelijkingen en niet met de mijne, en zij zouden dan opeens hollandsch kennen en die boeken zelf lezen, zij zouden mij alleen voor een ontzettende naïeveling, een patriot of een bedrieger kunnen aanzien. Maar dit standpunt van mij is voor u natuurlijk onbruikbaar en ik zeg niet dat u ongelijk hebt, de stof behandelende die zich nu eenmaal voordoet.4183

Dat u officier bent geweest, lijkt mij allerminst een slecht begin voor de literatuur: denkt u eens aan Stendhal, Paul-Louis Courier, Lermontov, Tolstoï, wie al niet meer!

4179Briefhoofd: Le Murat, café te Parijs.
4180Anton van Duinkerken over W.L.M.E. van Leeuwen, Drift en bezinning in De tijd van 4 mei 1936 (av.): ‘W.L.M.E. van Leeuwen, Iemand, die zelf denkt.’
4181Van Duinkerken benadrukte in zijn kritiek dat Van Leeuwen een M.O.-akte Nederlands bezat en les gaf op een H.B.S..
4182Ondertekening weggeknipt.
4183Vgl. ‘Blocnote klein formaat’. In GN 35 (1937) 10 (oktober), p. 459-460 (Vw 5, P. 244).
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie