E. du Perron
aan
J. Greshoff

Parijs, 10 december 1933

Parijs, Zondag.

Beste Jan,

Ik ben zeer blij, zooals je begrijpt, met de uitslag van je besprekingen! Dat jullie Jan van Nijlen gekozen hebben is een prachtzet.3010 J.v.N. is oneindig beter als redacteur dan Menno en ik samen; in deze speciale constellatie ook ‘naar buiten’, want jij en ik samen, en zelfs jij en Menno, is voor het grootere publiek toch zeker al te veel van dat goede dat in Holland ‘querulantisme’ heet. In dit opzicht ademt je schrijven trouwens een wind die van de gematigdste is; zachte bries over de Italiaansche meren, niets samoenachtigs, voorwaar! Enfin, zoolang je nog zulke stukjes in Gr. Ned. kunt zetten als laatst over al die dichters, is het voornaamste nog in ruime mate aanwezig.

Ik schijn overigens wel ontzettend polemisch te zijn, aangezien jij zelfs er huiverig voor schijnt. Maar maak je niet ongerust; ik hoop mij aan mijn afscheid in Forum te houden.3011 Een stuk als over Nietzsche-Rohde, Malraux-Tielrooy is iets anders, volgens mij, dan polemisch alleen. Het is vreemd dat juist de onafhankelijke Coenen, die anders nog wel in staat is om jou uit te zoeken in ons vaderland, van mij zoo'n schrik schijnt te hebben. Maar ik zeg dit alles nu puur uit medewerkersstandpunt, want wat ik je schreef over mijn beschikbaarheid als redacteur was alleen als noodmaatregel bedoeld, en in antwoord op je ontboezeming dat Menno ‘ons’ in den steek had gelaten. Menno heeft mij op dit punt later verklaard3012 dat ik de mogelijkheden van Gr. Ned., zelfs met hem en jou in de redactie, wel erg overschatte, dat Gr. Ned. een blad voor de portefeuille moest blijven, hoe dan ook; - je brief bewijst mij dat hij in dit opzicht althans volkomen gelijk had. Menno en jij samen konden in Gr. Ned. niet méér op ‘de geheele redactie’ uitwerken dan J.v.N. en jij, als alles eerlijk gaat; want er is toch geen enkele reden om den invloed van J.v.N. achter te stellen bij dien van Menno? De brief dien je me nu schreef bewijst mij wat het wachtwoord zou zijn geweest ook als Menno in de red. van Gr. Ned. was gegaan. Het neemt een flink stuk van mijn spijt weg over het voortzetten van Forum in den nieuwen vorm, en ook dat is après tout misschien een gelukkig resultaat.

Al dit voorgaande is geen ‘kritiek’, maar een ‘constateering’. Misschien dat later, als Coenen eruit is, iets definitievers bereikt kan worden met J.v.N., jij en Menno gedrieën in dat blad. Op het oogenblik ben ik oprecht blij met alles wat je bereikt hebt, en misschien vooral met het feit dat J.v.N. naast je in die redactie zit. Ik zou niemand beters weten, ook al met het oog op den naam van het orgaan.* Misschien kan dit feit ook helpen tot nadere bekendheid met J.v.N. 's poëzie, en tot grootere verspreiding van zijn dichtbundel als die eindelijk tot stand komt, wat ik nog hopen blijf.

Jan van Oordt kwam vandaag binnen. Ik vind het naast Mária Lécina van niet de minste beteekenis. Dat Jacques zoo gezwamd heeft over deze ballade teekent hem weer eens ten voeten uit.

Malraux heeft, zooals je weten zult, de Goncourt.3013 Sindsdien is er van de W.B. een nieuwe poging op de N.R.F. binnengekomen om La Cond. Hum. in het Holl. te vertalen. De conditie is dat ik het doen zal. Als dat lukt (ik heb het natuurlijk aangenomen) kost mij dat zeker 3 maanden hard werken. D.w.z. geen woord aan Ducroo. Maar ik heb de keus niet, dus vooruit maar. Ik ben nog altijd zeer gedeprimeerd door van alles en nog wat; Bep ook. Op onze kamer beginnen we te wennen, zooals we eigenlijk iedere keer wennen aan een nieuwe vorm van beroerdigheid. Tout est là. Als het bepaald moèt, kunnen we het wschl. nòg armer en armoeiïger, zonder zelfmoord te plegen! Maar ik wil toch probeeren er zoo gauw mogelijk ‘uit’ te komen, ondanks de weinige kansen die ik schijn te hebben; vroeger was het ook al zoo (op de lagere school): ‘je kunt nooit weten hoe een koe een haas vangt.’ - Maar voorloopig ben ik in een marasme van beteekenis, waartoe ook deze rotkoû (mijn ergste vijand) niet weinig meewerkt.

Als Coenen het Indische stuk van Ducroo nu plaatst, kan ik ondertusschen rustig Malraux vertalen, tot het noodig wordt verder te gaan. Voor mijn part komt het boek over 3 jaar uit, als de omstandigheden zoo blijven als nu. Ik overweeg nu ook de mogelijkheid om het tegelijk in het Fransch te schrijven, waarmee Guilloux mij met alle liefde helpen wil. En àls het in het Fransch lukte, schreef ik voortaan voor mijn part nooit meer in het Hollandsch! Dit zal wel een luchtkasteel blijven, maar zulke plannen doen ‘leven’. De beste oplossing zou zijn dat ik ergens iets heel anders te doen kreeg, waardoor ik buiten de ‘zorgen’ kwam. Ik zou dan alleen nog maar schrijven als ik werkelijk wilde, inplaats van te moeten ploeteren en combineeren als nu.

Ik ben nu weer bezig met boekjes te lezen voor Vic - pardon, hoofdzakelijk met Vic lijstjes van boeken te sturen, met vriendelijk verzoek wat ik daarvan voor hem lezen màg.

Kan je mij vanaf Januari een gratis abonnement van Gr. Ned. bezorgen, opdat ik mij een volkomen helder beeld vorme van wat het tijdschrift geworden is? Ik zal dan ook de ‘korte stukjes’ bestudeeren die wel ‘vrij’ maar niet ‘direct polemisch’ mogen zijn, om te zien of ik voor fl. 5 per stuk (van hoeveel regels ongeveer? van hoeveel woorden? zou Bouws zeggen) in dit genre iets presteeren kan. Bijv.: waren jouw ‘spijkers met koppen’ indertijd ‘vrij’, of vielen ze al onder de categorie ‘direct polemisch’? Ik veronderstel dat mijn ‘afscheid’ in het laatste Forum veel te ‘direct polemisch’ is; maar is Menno's stukje over Dimitrof3014 alleen nog maar ‘vrij’, of ook al zweemende naar het te ‘directe’? Ik verwacht niet van je dat je me dit in een lange brief gaat uitleggen; je kunt je tijd beter gebruiken; - maar als je me voortaan Gr. Ned. laat toesturen, kan ik mij na een paar maanden misschien wel voorstellen waar het juiste midden in deze kwestie ligt.

Dank voor het opbellen van P.G.v.H., al zal ook deze ‘kans’ wel erg problematisch blijven. - Arme Henri David3015!*

Eigenlijk heb ik nu nog maar één verlangen: voorgoed verlost te worden van alle literatuur! Ik wou dat ik weer eens één boek in de week kon lezen voor mijn eigen plezier, inpl. van allerlei meer of minder aanvaardbare lectuur te verslinden om in andere lettertjes om te zetten.

Als wij in Parijs blijven, hopen we met 1 Febr. een ander adres te hebben. Maar hierover en over vele andere dingen mondeling. Bep gaat over ± een week naar Holland; ik volg 4 of 5 dagen later en blijf dan 2 dagen bij je. Misschien kunnen we het zoo schikken dat ik bv. den 21en kom en den 23en met jou samen naar Holland ga; dat zou wel erg gezellig zijn. Maar... ik reis mordicus alleen nog maar 3e klas! Bep wschl. ook. Het is mogelijk, niet waarschijnlijk, dat zij op doorreis ook 1 nacht slaapgelegenheid bij jullie vraagt, dat zou dan tegen den 18en zijn.

Nu, Jan, we hebben veel af te praten; ik hoop dat mijn stemming dan ook wat opgewekter zal zijn. Ik stel het erg op prijs dat je me per luchtpost geschreven hebt, daar twijfel je, hoop ik, niet aan. Neem deze brief voor wat hij is en tot ziens. Veel hartelijks van ons voor jullie,

een hand van je E.

3016 Kan Bep event. Vrijdag 15 om 11 uur 's av. bij jullie komen, en ik den 20en? Hierop graag spoedig antwoord.

3010Als redakteur van GN.
3011‘Afscheid van Kostersloot’. In Forum 2 (1933) 12 (december), p. 896-899 (Vw 2, p. 680-685).
3012Bw TB-DP 2, p. 242.
*Dat één Vlaming noodig maakt zou men zeggen.
3013De Prix Goncourt 1933 ging naar Malraux voor La condition humaine.
3014‘Heldenvereering’. In Forum 2 (1933) 12 (december), p. 900.
3015Niet geïdentificeerd.
*Is er niets voor hem te doen?
3016Geschreven op achterzijde envelop.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie