E. du Perron
aan
F.E.A. Batten

Utrecht, 16 januari 1932

Utrecht, Zaterdag.

Beste Freddy,

Dank voor je brief en de enthousiaste beschouwingen over B.G. aan Ernst. De herdruk (dat zal je zien) is in menig opzicht beter; vele taal-détails in orde gebracht en een verhaal toegevoegd. Paul v.O. heeft deze verhalen op één na nog alle gekend - en inderdaad zeer geapprecieerd, anders had ik ze hem niet opgedragen. Alleen in Holland zijn ze met vijandige stilte ontvangen; in België was iedere bespreking, tot de Fransche toe, lovend. Maar wat wil je? de menschen zijn hier zooveel verder en vooral knapper. - Die correspondentie van Rudy en jou met ‘'t meisje’2062 lijkt me allerheerlijkst. Wanneer heeft de eerste persoonlijke ontmoeting plaats? Pas op, die literaire connecties zijn soms het begin van veel zielelijden! en dit ‘meisje’ is meer ‘vrouw’ (ik steek er mijn hand voor in het vuur) dan jij en Rudy ‘man’ zijn, dus gently, gently, please. - Als je Roelants zooveel te vertellen hebt, moet je hem zelf maar eens schrijven, p/a Greshoff komt wel terecht. Ik zit op het oogenblik in Utrecht, adres: Fred. Hendrikstraat 83. Ik hoop er niet àl te lang te blijven, maar tot 10 Febr. minstens zit ik hier wel vast.

Wat vertelde Paul je weer op zoo geheimzinnige wijze? Die goe-de Paul is altijd wonderlijk welingelicht, vind je niet? Heeft hij je ook geen nieuwe berichten over Slauerhoff verschaft? dan zou ik dat tenminste op deze manier kunnen hooren.

Met beste groeten ook aan Rudy, je

EdP.

2062A.L. Schelling (*1908), leerlinge van Ter Braak aan het Rotterdams gymnasium.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie