E. du Perron
aan
J. Greshoff
Gistoux, 19 juni 1931
Gistoux, Vrijdagmiddag.
Beste Jan,
Alles gaat hier vrijwel z'n oude gangetje. Ik blijf met liefde aan Jacques denken, maar heb een afkeer gekregen van correspondentie; par abus, dat spreekt. Ik heb eigenlijk heelemààl geen schrijflust meer.
Van Aty hoorde ik dat je het vrij goed maakt, gegeven de omstandigheden. Wanneer kom je terug? Ik ben op het oogenblik met Van Wessem hier, een beste kerel, maar hij is helaas wat doof. Zondagavond weer alleen, in Brussel, Dinsdag of Woensdag wschl. weer hier. Dit heen-en-weer-trekken is vervelend genoeg, maar enfin...
Ik gaf Atie Slauerhoff's adres; maar hier is het nogmaals: Hyacinthlaan 54, Overveen; misschien wel op 100 M. afstands van je huisdeur?
Ik zal Jacques spoedig toch eens schrijven.
Met mijn moeder gaat het weer iets minder goed; ze heeft zich teveel vermoeid.
Ik hoop je spoedig - en dan weer eens wat langer! - te zien. Ik zwijg veel, maar vergeet je niet. Je moet van den zomer toch ook nog eens hier komen, hetzij met Atie, hetzij (desnoods) alleen. Hoû je taai, een ferme hand van steeds je
Ed
Hartelijke groeten aan Nini.1877