E. du Perron
aan
A.A.M. Stols
Bellevue, 24 augustus 1933
Bellevue, 24 Augustus.
Beste Sander,
Van Deyssel is de bewonderaar van Maurits geweest! - zoo heb ik het altijd en overal gelezen, zoo heeft Borel het 1000 × verteld en zoo staat het bij prof. Brom, en zoo zal je het zien als je zijn besprekingen2851 naslaat van Uit de suiker in de tabak en Hoe hij Raad van Indië werd. Dit stukkie achteraf is blijkbaar om zich te ‘hernemen’. Het is mij trouwens best; als we nog eens een deel van Maurits uitgeven zal ik er zelf wel een voorrede in zetten en daar deze Van Deyssel-comedie in releveeren. Dan is het gezanik over die bewondering van M. door Van D. meteen uit de wereld, en misschien tot meerdere glorie van Maurits, alles welbeschouwd.
Ik zou in dat gedenkboek van Van Deyssel graag willen zetten dat Paap's Vincent Haman, verre van een caricatuur van hem te zijn, een geflatteerd portret is; dat hij de onbeduidendste mémoires heeft geschreven die men van eenig schrijver verwachten kon en dat hij, voor een woordacrobaat, op duizend plekken een erbarmelijk stylist is. Mag dat?
Over de Nerval hoor ik dan wel, na verdere overwegingen voor en tegen. Als je het boekje niet duur maakt (en je inspireert op die éditions de Cluny) gaat het zeker. - Verder is het een idee om een complete Laforgue uit te geven ook uitstekend, misschien zelfs beter. Wie is toch die Aubry, waar je het telkens over hebt?
Stuur je mij gauw mijn exx. Byron? Ik snak ernaar!
Een Don Quichotte lijkt mij gewaagd. Die vertaling van Babelon (Cité des Livres) schijnt uitstekend te zijn, en Alexeïeff werkt nu weer aan een luxe-Don Q. Lettres Persanes wordt zeker ook een strop. Naar die herdruk van Descartes zal ik informeeren, alsmede naar dien onbekenden heer Michelet van de curieuze ‘contes’.
Een idee: waarom geef je niet een goede keuze uit de brieven van Paul-Louis Courier? In het genre en het formaat bv. van de Anecdotes van Stendhal? Als je wilt, kan ik die tekst wel voor je maken. Daar bestaat ook geen enkele prettige editie van.
Je schrijft met geen woord over dat boek van Jansen, dat ik je vroeg voor me te koopen. Het heet: deel I van Gesch. der Wijsbegeerte, en werd bij Thieme uitgegeven. Heb je mijn (twee!) briefkaarten daarover niet ontvangen? Zoodra ik weet wat ik je ervoor schuldig ben, port inbegrepen, zal ik je het geld per postwissel zenden.
Bij voorbaat dank en tot nader.
Hartelijke groeten van je
E.