[p. 133]

2270. Aan H. Marsman: Parijs, 31 oktober 1934

Parijs, Woensdag.

Beste Hennie,

Ik antwoord maar direct op je brief, anders kom ik er nog minder toe. Maar betrekkelijk kort toch.

Allereerst je vragen. Wàt mij bezighoudt? In de eerste plaats de voortzetting van wat je in Ons Deel van Europa hebt kunnen lezen. Verder: plannen om uit Europa weg te gaan. Vanaf 12 Nov. ga ik hier een gratis cursus volgen in Perzisch. Bedoeling is over ± 2 jaar naar Perzië te gaan. Ik wou in die 2 jaar Ducroo + een ander boek publiceeren; dan ervandoor. Dan in Ispahan wonen, en zien wat we daar vinden kunnen, ook om van te leven.

Grootste rem kan zijn: oorlog, of misschien revolutie hier. Revolutie van rechts dan; want links schijnt niet sterk genoeg te zijn. Terwijl kolonel La Roque met zijn ‘vuurkruisen’265 kans loopt de fransche Hitler of Mussolini te worden, of nog beter, een geslaagde heruitgave van generaal Boulanger. Maar geknokt zal er wel worden.*

Ik stuurde je het ex. Porta Nigra en Le Chasseur Vert. Nieuwe fransche boeken heb ik niet voor je en lees ik zelf niet. Het schijnt dat Le Chant du Monde van Jean Giono erg goed is. Duranty is best; althans Le Cas du Beau Guillaume, maar waarom zou je dàt, in dezen tijd, lezen?

Het spijt me dat je niet hier komt, door die verbintenissen aan Potsdam. Slau zal ik je woorden overbrengen. Een ex. van La C. Hum. (vertaling) heb ik je laten zenden; maar is nog niet uit.

Als je hier bent zullen we zeker 1000 dingen op de levendigste en aangenaamste manier behandelen, daar maak ik me niets over ongerust. En wat is die vrees van je voor verandering in ‘overtuigingen’? Ben je bezig fascist te worden, en geloof je dat het probleem van de menschelijke waardigheid op die manier is op te lossen? Ook daar-

[p. 134]

over moet ik dan het noodige hooren; en vooral ook waarom het voor jou de ware manier zou zijn. Maar ik wil hopen dat deze radicale omkeeren inderdaad onwaarschijnlijk zijn, voorloopig.

Au fond, heb ik één verlangen: uit dit verpolitiekte Europeesche gedoe weg te komen. In naam van mijn menschelijke waardigheid: geef me Perzië! Maar het kan zijn dat ook deze houding onmogelijk wordt, dat er partij gekozen moet worden. En in dat geval, liever 10 × communist dan me aan te sluiten bij kwaadaardig geworden burgers. Maar zie daarover weer Ons Deel van Europa, waarin ik eigenlijk praat met mijzelf.

Ik veronderstel dat je beterende bent en door Rien goed wordt verzorgd. Ik zou ook Rien zoo graag terugzien, daarom spijt het mij dubbel dat jullie in November niet hier komen. Slau zit nu nog in Spanje, maar komt wel, over een week of 10 dagen.

Tot zoover. Ik schrijf je met hoofdpijn en met allerlei ‘taken’ vóór me. Het beroerdste van alles is dat ik absoluut aan slapeloosheid lijd; ik heb de hoop opgegeven om nog eens normaal en diep mijn volle portie te slapen. Misschien dat mijn constitutie zich wennen kan aan ± 5 uur lichte slaap (vol gedachten en droomen). Of dat men in Perzië beter slaapt. -

Geloof me steeds van harte je

E.

Groeten van Bep en aan Rien.

 

P.S. Heb je op Menno's enquête in Het Vad.266 geantwoord? Doe het vooral, want Jan Lubbes zet natuurlijk van alle kanten zijn muil open. En vrouw Lubbes ook - ik las daarnet tot mijn volledige dégoût een stukje in D.G.W. van Emmy van Lokhorst.267 Moraal: ik zou met zulke wijven niet naar bed kunnen! Dan 10 × liever een keukenmeid! (oude liefde roest niet?)

265De luitenant-kolonel b.d. François de la Roque leidde in 1934 de sterke, rechtse, para-militaire en anti-parlementaire organisatie Croix de Feu, die op 6 februari 1934 de kans voorbij had laten gaan om de republiek omver te werpen, net als de populaire bonapartistische generaal Georges Boulanger in 1889. De organisatie werd in juni 1936 door de regering ontbonden.
*Het wordt Weenen en niet Berlijn.
266Door Het vaderland werd aan verschillende Nederlandse auteurs gevraagd of er in de Nederlandse literatuur schrijvers of boeken waren die over- dan wel onderschat werden. De antwoorden werden, bijna dagelijks, gepubliceerd van 2 november tot en met 5 december. Zie ook Vw 5, p. 61-64.
267‘Een Hollandsch novum’. In DGW 33 (1934) 394 (oktober), p. 161. (Over de duurte van boeken en de verschijning van de ‘Salamander’-serie). In hetzelfde nummer (p. 162) besprak Emmy van Lokhorst ook Vóór alles Moeder van Caroline van Dommelen.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie