Menno ter Braak
aan
E. du Perron

Den Haag, 4 juli 1935

Den Haag, 4 Juli '35

Beste Eddy

Er ligt hier een stapel briefkaarten van je naast me, maar ik kan er niets aan doen, dat ik geen gelegenheid voor brievenschrijven kon vinden; het was ‘wintersch’, d.w.z. waanzinnig druk na mijn terugkeer uit Parijs; jidden tooneel, Leidsch lustrumspel etc. etc. Maar gelukkig kan ik je nu ongeveer gelijktijdig Het Tweede Gezicht zenden, dat vandaag verscheen, na door Boosten & Stols twee maanden te zijn vertraagd. Maar het is van buiten nu ook wel een zeer fraai boek geworden; alleen het portret van Buckland Wright is toch eigenlijk wel grof en à peu près gebleven. Waar B.W. overigens niets aan kan doen, hij moest roeien met de riemen, die hij had. Ik ben er nieuwsgierig naar, wat jullie indruk is van het geheel van het ‘binnenwerk’. Polemisch is het zeker, en als pendant van De Smalle Mens - product toch wel hoofdzakelijk van mijn Forumtijd - een goed vergelijkingsobject. Ik denk, dat wij elkaar sterk genaderd zijn; leg b.v. Afscheid van Domineesland naast de Cahiers! Daar is de afstand oneindig veel grooter.

Vestdijk is weer terug komen fietsen. Zooals ik dacht, heeft hij niet voor de Maatschappij bedankt. Wel heeft hij de protestactie tegen de Maatschappij onderteekend; maar hij zei tegen mij, dat hij om economische redenen op het lidmaatschap was gesteld. Marsman schijnt dit niet erg of onvriendschappelijk te vinden. En ik... och, ik wist, dat hij niet zou bedanken, en ik sta al zoo vrij tegenover hem, dat ik deze gemankeerde geste als volkomen passend bij zijn figuur zie. En telkens als ik aan de basis denk, waarop hij moet bestaan, ontbreekt me ook de moed hem er hard over te vallen, al zou ik zelf liever kapper worden dan in zulke omstandigheden in zulk een gezelschap treden. Maar des te vaster wordt mijn besluit, Forum te verlaten. Ik stel morgen of overmorgen een memorandum op, waarin ik, vooral ten behoeve van Zijlstra, precies zal formuleeren, waarom ik me terugtrek; 1o wegens algemeene vermoeidheid, 2o wegens de Vlaamsche quaestie. Dan zal ik Zijlstra op het hart binden de zaak voort te zetten met Marsman, Vestdijk en Vic. Marsman wil wel redacteur worden, hoor ik van Vestdijk; het lijkt me niet noodig, dat hij over Virginia zijn nek breekt; die quaestie betreft zuiver en alleen mij persoonlijk, en dan ook als doorslaggevend argument. Als Zijlstra nu tot voortzetting is te krijgen, lijkt me de toekomst van een Forum op behoorlijke basis gegarandeerd. Het is gek, maar ik voel me nu al vervreemden van een blad, dat ik vier jaar lang in elkaar heb gezet, het ligt achter me, het is een stuk verleden geworden. Het heden van Forum is Vestdijk, en dat voelt hij zelf ook heel goed.

De nasmaak van het Congres is nog steeds slecht; van de algemeene atmosfeer in de zaal, bedoel ik, vooral niet van onze gemeenschappelijke reactie erop! Ook van deze sfeer heb ik mij nooit zoo los gevoeld als na de openbaring Panferof c.s. Steeds grooter wordt mijn verbazing over de houding van Gide en Malraux, die, als zij met alle geweld ergens willen staan, bij Trotsky moesten staan. Ik herlas Le Temps du Mépris nog eens, en het won bij deze tweede lezing voor mijn gevoel aanmerkelijk. Maar mijn sympathie voor Malraux' houding t.o.v. Rusland wordt er geen spat grooter door. Enfin, tenslotte is dat zijn zaak; mijn plaats is zeker niet onder de vrienden Rost en Last, althans niet in deze maatschappelijke situatie. Ik vernam overigens van Last niets meer, hoewel ik hem mijn en jullie artikelen zond. Ik heb het bij die twee artikelen gelaten. A.s. Zondag schrijf ik over Die Moorsoldaten van Langhoff en Le Temps du Mépris, en geef dan mijn eigenlijke echo, voor zoover die in een krant kan klinken.

Inzake de anti-fascistische actie heb ik morgenmiddag een eerste bespreking met Kramers en Gans. Ik zal alles probeeren wat er te probeeren valt; maar wees sceptisch, ondanks enthousiasme. Je overschat nog altijd de structuur van Nederlandsche intellectueelen. Huizinga? Het is mogelijk, dat het lukt, maar dat moet dan met honderd listen en garanties bereikt worden! In de eerste plaats zal het noodzakelijk zijn de communisten absoluut weg te houden uit de leidende functies; één communist doet Huizinga spoorslags bedanken. Kunnen we de beweging eenmaal rollende krijgen, dan zal er zeker adhaesie genoeg betuigd worden. Maar ik schrijf je nader, als ik met Kramers en Gans heb gepraat. - Gans was inderdaad nog op den dag van mijn terugkomst hier om nieuws te hooren en grijnsde niet weinig, omdat ik zoo mijn bekomst had van het communisme van Moskou. - Van Crevel doet zeker mee, hij is precies rijp voor dit. Maar menschen van zijn soort komen vanzelf. Het zijn de ‘groote’ namen, die de eerste, noodzakelijke echo moeten wekken, anders is voor Nederland de kans verkeken. Ik schrijf absoluut niet hopeloos, maar ken mijn pappenheimers.

Ik zal je Gorter zenden, afdrukken van het cliché en de congresstukken. De Kroniek v. hedendaagsche kunst en kultuur heb ik weggegooid; het was werkelijk, op het interview met Malraux na, weinig belangrijk, en vooral mooi geïllustreerd; een soort moderne Elsevier, met sympathieke, maar stomme stukjes.

Ik heb hier nog een brief van Henriëtte Roland Holst ontvangen (ingesloten). Zij schijnt de invitatie niet te hebben ontvangen, maar zou toch wel niet zijn gekomen. A.M. de Jong heeft in Het Volk natuurlijk gefulmineerd over onze deelneming aan het Congres (dupe van Moskou), en erover geklaagd, dat hijzelf niet geïnviteerd was. Het laat me allemaal siberisch.

Tot nader dus, ter zake van het antifascisme. Voor jullie beiden ons beider hartelijke groeten!

je

Menno

N.B.

Help mij in ieder geval (wat je dus ook denkt over Vestdijks houding) dit laatste halfjaar Forum onder mijn leiding zoo goed mogelijk doorkomen. Ik zal er zelf ook nog mijn best voor doen. Wanneer komt je stuk naar aanl. van het Congres?

Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).

 

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie