scottsborough
door marcel harryk

Kleine stad in het zuiden van de Vereenigde Staten: katoenland. Eenige uren verwijderd van de overdadige plantengroei en de altijd blauwe lucht van Florida. En Palm Beach, met zijn strand, dat zich tot in het oneindige uitstrekt en zijn lauwe zee in den winter en de één-millioen-dollar-villas, kilometer na kilometer. De mooie dochters van de Wall-Street kapitalisten komen er den winter doorbrengen, hun blanke lichamen in de zon koesterend. En deze blonde haren, deze teere kinderen, deze eerbare moeder, een neger zou het durven wagen hen door zijn aanraking te bevuilen?

 

Dat samenraapsel van gelukzoekers uit alle landen, van uitgeweken of weggejaagde revolutionnairen en van voor pogroms uitgeweken joden, verheft zich tot heerschende klasse, mishandelt de roodhuiden, importeert negers en, om zich voor God en de menschen te rechtvaardigen, noemen zij zich blanken. Heel eenvoudig. Blank zijn, dat is voldoende.

 

Want het blanke ras moet 100 % blank blijven, zeggen zij nu. Doen zij gelooven. Maar in werkelijkheid gaat het niet om ras. Het gaat er om goedkoop liftboys en schoenpoetsers en keukenmeiden en kellners te hebben, bekwaam om hun onderwerping te toonen en kindermeiden, waarvan men zal houden als van goede oude paarden. En het gaat er om om on-georganiseerde mijnwerkers te hebben, stevige en niet veeleischende jongens voor het abattoir van Chicago en vooral om flinke werkers voor de katoenvelden, die eeuwig in de schuld moeten blijven en die nooit hun ‘verplichtingen’ zullen durven ontvluchten uit vrees voor de marteldood die iedere neger bedreigt, die zich eenige kilometers buiten zijn dorp waagt.

En voor alles gaat het hen, die dat geweldige vasteland uitbuiten, dat van Mexico tot Canada, van de Atlantische tot aan de Stille Oceaan reikt, er om, te verhinderen, dat blanke en zwarte arbeiders elkander de hand reiken.

 

Zoo werden acht negers beschuldigd van ‘misdaad tegen het blanke ras’. Zoo wedervoer hen ‘gerechtigheid’.

Een ‘misdaad’, die zij niet eens begingen: het verkrachten van twee hoeren - maar blank. Hoort U dat? Blank. Tegenstrijdige getuigenverklaringen, kunstmatig in elkaar gezette trucs. Twaalf gezworenen, kleine beambten, kleine kooplieden, maar blank, blank, blank. Wij, wij zijn blank, mijne heeren.

[p. 211]

Hij komt uit de stad in Afrika en in Azië waar de ‘orde’ heerscht, de blanke man - revolver in den gordel, whisky, syphilis, verkrachting na verkrachting - is daar voorbij gegaan. Wij, wij zijn blank, begrijp je dat, smerige neger?

 

Acht negerkinderen. Acht arme kinderen. Acht jonge arbeiders. Rassenstrijd? Neen, klassenstrijd. Herinnert U Sacco en Vanzetti!