E. du Perron
aan
J. van Nijlen

Brussel of Gistoux, 2, 9, 16, 23 of 30 april 1929

Beste Jan,

Veel dank voor de moeite die je je gegeven hebt. Er is inderdaad niet veel bij dat ik voorloopig terug kan nemen. Eigenlijk alleen maar:

 
Claude le Petit: L'Adieu des Filles de Joye.
 
Le Bonze Mèche-de-Lampe.
 
Baudelaire, Amoenitates Belgicae.

Het zijn 3 heele dunne boekjes die je tenminste niet zullen bezwaren. Neem ook voor mij mee, àls het aanwezig is, het ‘wetenchappelijke’ gedeelte van de Lettres à la Présidente591, d.w.z. de inleiding van P. Dufays met de portretten (niet de tekst met de etsen). Maar misschien heeft Jan het aangehouden.

Tot ziens, bij voorbaat dank voor het overbrengen, en steeds van harte je

Eddy.

Dinsdagmorgen.

591Titel van een niet in de handel maar in 1927 zg. ‘sous le manteau’ uitgebrachte verzameling brieven van Théophile Gautier aan Apollinie Aglae Sabatier, een destijds bekend schilders- en beeldhouwersmodel met wie zowel Gautier als Baudelaire bevriend waren en die ‘la présidente’ werd genoemd. De uitgave had een inleiding van Pierre Dufay, evenals die uit 1925 van Amoenitates Belgicae, Baudelaire's scheldverzen tegen België.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie