E. du Perron
aan
A. Roland Holst

Gistoux, vermoedelijk omstreeks 20 augustus 1928

Beste Jany

Wil je my eens even schryven, of je tante Burgers nog meisjes in huis neemt? Ik vraag dit voor de dochter van den dokter alhier, een heel aardig meisje, waar Claartje erg bevriend mee is geraakt. Ik zou het gaarne zoo spoedig mogelyk weten.

Wanneer ga je naar Frankryk door en wanneer kom je in 't land terug? Wy rekenen met de grootst mogelyke vreugde op je in October. Inmiddels heel veel hartelyks, ook van Claartje, en veel pleizier.

je Jacques

St. Nicolaasga

14 Augustus 1928

Beste Jany,

Hierbij twee briefjes van Jacques411 die in één enveloppe kwamen, en die ik je doorzend. Heb je nog kunnen kuilen412 na het te laat komen - althans, dunkt mij, voor de mooie plaatsen -? of heb je moeten staan? of staande tòch gekuild, zooals de kraanvogels doen, op één been?

Jan Gr. vroeg me je adres. Jan v. Nijlen en Lidth zijn Dinsdag nog samen naar den ‘Parijschen trein’ gegaan maar om 1.25 vertrokken met de naïeve gedachte dat wij niet meer zouden komen! Zoo zie je toch, hoe dom de logica kan zijn....

Schrijf spoedig. Hartelijke groeten van ons allen. Je

Ed.

Het artikel over surrealisme413 is af en weg. Ik voel me nu weer erg lekker.

411DP's brief is een onderschrift bij een getypt briefje aan RH van J.C. Bloem uit diens toenmalige woonplaats.
412Uitdrukking van RH voor het middagdutje waarmee hij van jongsaf de ‘kuil’ van de dag placht te vullen. De vraag betreft de treinreis naar Frankrijk, waarheen RH na een verblijf op Gistoux was vertrokken. Waarover de beide vrienden hadden gediscussieerd vatte DP samen in het derde van zijn Cahiers (Vw 2, p. 97-194).
413‘Surrealistische Fransche Letteren’, in DGW27 (1928),9 (sept.) en 10 (okt.), p. 269-272 en 295-298 (Vw 2, p. 105-118).
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie