[p. 98]

Mirliton

 
Mijn vriend, als weldra de ouderdom
 
ons onherstelbaar heeft verzuurd,
 
als onze leden, goor en krom,
 
en enkel nog door jicht bestuurd,
 
verraden ‘'t Is gans uitgevuurd’,
 
zullen wij dan met stille trom
 
verdwijnen, langs een achterbuurt,
 
mijn vriend?
 
 
 
Dit wacht de fraaiste bruidegom:
 
de hardste munt raakt afgeschuurd,
 
en dit karkas, door ons gehuurd,
 
kruipt door ons vel en keert niet om -
 
't Is wèl! Blijf tot uw laatste grom
 
mijn vriend.