E. du Perron
aan
M. Roelants

Bellevue, 26 februari 1933

Bellevue, 26 Februari 1933.

24 av. du 11 Novembre.

Beste Maurice,

Ik heb vanmorgen een brief van Bouws gekregen, van een nogal curieuze inhoud. Verder, dat een Forum-vergadering belegd wordt op 12 Maart a.s. in Brussel. - Ik heb plannen om naar Holland te gaan, en moet ook in Brussel zijn voor zaken, en alles nog met spoed; liefst zou ik daarom 4 Maart a.s. in Rotterdam vergaderen (voor Zijlstra komt dit wat reiskosten betreft op hetzelfde neer). Maar ik vrees dat dit wel niet mogelijk zal zijn. Is het dat wèl, dan zou ik uiterlijk 2 Maart van hier nr. Br. moeten gaan, om 4 Maart met jou naar R'dam te kunnen. In het andere geval, houden we het op 12 Maart, in Holland of in Brussel, peu importe.

Bouws' brief is nogal weemoedig. Hij schrijft dat volgens hem Forum op weg is een tijdschrift ‘in de rij’ te worden*. Dat onze actie ‘verwatert’ en dat onze ‘redactioneele activiteit verslapt’. Hij is er verre vandaan, om jou, Menno of mij individueel verwijten te maken; gegeven den toestand lijkt verwatering hem normaal. Hij heeft alleen gemerkt dat hij sedert eenigen tijd geen voldoende deel meer heeft aan den gang van zaken. Hieraan moet een eind gemaakt worden (d.w.z. aan zijn afzijdige positie); anders zal hij zich tot eind van het jaar tot de administratie beperken, en met 1 Jan. '34 zich ‘terugtrekken’. Et v'là.

Ik heb het gevoel dat hij idioot geworden is. Ik begrijp verder absoluut niet wat hij bedoelt en waarop zijn termen slaan. Ik heb hem dat vanmorgen zeer duidelijk geschreven.

Mooi .- Nu iets van mij. In de 1e plaats heb ik één ernstig voorstel voor de redactievergadering: opheffing van de controle der redactieleden op elkaars stukken. Ik heb telkens weer ongenoegen hieraan beleefd en ik heb er nu totaal genoeg van; verre van te denken dat Bouws géén invloed heeft op den gang van zaken, ben ik van gevoelen dat hij, door de redactiecontrôle die hij naar believen kan uitspelen, veel te veel invloed heeft, als je het mij vraagt. Een panopticum van Marsman werd (overigens zéér tot mijn genoegen) in Forum gezet zonder mijn medeweten; maar een panopticum van mij dat Menno en Bouws niet beviel, moest volgens Bouws ‘in ieder geval eerst naar jou’, als ik het niet introk; ofschoon Menno, hoewel er niet voor voelende, voor gestemd had. Ik heb toen voorgoed mijn bekomst gekregen van deze ‘flauwe zeever’, Bouws gezegd, dat hij jou niet hoefde te mobiliseeren (je zat toen in het Schwarzwald) en het stuk ingetrokken met de groeten aan Panopticum. Die rubriek kan mij verder ook niet schelen, maar hoe dan ook, mijn voorstel is serieus dit: òf ik word voor vol genoeg aangezien om de verantwoordelijkheid voor mijn stukjes zelf te dragen en blijf redacteur; of ik ben niet vol genoeg, en verdien dan geen redacteur te zijn. Blijven Menno en jij dus van gevoelen - en Bouws! - dat die redactiecontrôle op elkaar moet worden voortgezet, dan beteekent dat mijn aftreden met Jan. '34. (Ik voelde daar tòch al voor.) Menno heeft heeft zich met dit idee nu wel vereenigd, Bouws natuurlijk ook; er is geen reden om aan te nemen dat jij het niet ook zou doen. Tout est pour le mieux. De redactiecontrôle is voor mijn gevoel tot in het beleedigdende toe misbruikt, en ik verdraai het ten eenenmale om er mij verder aan te onderwerpen. Ik blijf dus tot Jan. Om geen spelbreker te zijn, en voor de goede orde naar buiten.

Het kan verder zijn dat Bouws een stem zal bedingen in het kapittel. Ik ben daar pertinent tegen. Ik heb Bouws nu voldoende meegemaakt, en hoop niet verplicht te zijn om hem precies te zeggen wat ik van hem denk. Hij is een opperbest secretaris, een beetje erg importanterig en flauwekullig op de formeele zijde, maar dat hoort er wschl. bij. Daarmee is alles gezegd - al heeft hij verder, zooals je misschien weet, ook nog Het Verboden Rijk, geschreven, dat nog toegeschreven wordt aan Slauerhoff.

Een ander ding is dit. Ik ben misschien een zeer lastig redacteur (volgens Bouws), maar ik heb althans serieus aan Forum meegewerkt. Op jou zijn in De Stem versjes geschreven om te vertellen dat je alleen je naam gegeven had, enz. Dit doet er niet toe, zal je zeggen; maar ik vind van wel. Op de 1e Forum-vergadering heb je met een soort verontwaardiging over mijn scepticisme in dezen gezegd dat je wèl zou meewerken. We zijn nu ongeveer een jaar zonder één regel van jouw hand gebleven. Aan den andere kant verneem ik dat je je veel moeite geeft voor Van de Woestijne-huldigingen, waar je zelfs ruzie over krijgt met Jan. Ik wil aannemen dat de zaak van Van de W. van veel belang is; maar nu de huldigingen gebeurd zijn, meen ik dat Forum op effectieve en persoonlijke medewerking van je mag rekenen. Het is beter dat ik het je nu al schrijf, vind ik, dan om het je misschien wat bot en onverwacht op de vergadering te zeggen. Ik vind het langzamerhand wat erg treurig worden dat Menno en ik de Siameesche broeders, de consuls van het Forum en zoo meer heeten, en dat er van jou alleen nog maar gekikt wordt in een spotversje (dat overigens heel aardig is). Je zei indertijd dat je geen tijd had, buiten je journalistieke werk om, ik heb dat direct aangenomen. Maar Jan zegt dat je wschl. zoo boos op hem bent, om zijn kritiek op die Van de W. huldiging, omdat je er zooveel voor gedaan hebt, en dan, heusch, vind ik dat je Forum tekort doet, langzamerhand...

Verder heb ik geen ‘punten’ voor die vergadering; voor de rest vind ik Forum best; en van de grieven van Bouws - àls ze van hemzelf zijn - trek ik me niets aan, omdat ik ze als zuivere nonsens beschouw. Als hij vindt, dat hij niet genoeg te vertellen heeft, is dat zijn zaak. Als hij vindt dat Forum als een ander tijdschrift wordt, of slechter geworden is sedert onze laatste vergadering, geloof ik dat hij in de ruimte daast. Ik kan me voorstellen dat het vergaderen voor Bouws een genot op zichzelf is, maar dat Forum bij gebrek dààrvan achteruit is gegaan, lijkt mij totaal onwaar.

Dus, résumons: ik heb 3 dingen op het hart, sinds de brief van Bouws, van heden 26 Febr. A.D. M.CMXXXIII:

1. In geen geval stem aan Bouws; alles blijft voor hem zooals het is.
2. Opheffen van redactiecontrôle op elkaar.
3. Persoonlijke medewerking van Maurice Roelants.

Verder ben ik van plan om met de grootste zielerust allerlei plannen van typographischen en redactioneelen aard aan te hooren, waar Bouws wellicht bulkende van is.

Tot ziens, en met hartelijke groet

je

E.

Origineel: Antwerpen, Letterenhuis

*ik denk dat hij hiermee bedoelt: ‘als een ander'.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie